Per schip van Bintan over de evenaar naar Jakarta! - Reisverslag uit Batavia, Indonesië van Edwin en Lisette - WaarBenJij.nu Per schip van Bintan over de evenaar naar Jakarta! - Reisverslag uit Batavia, Indonesië van Edwin en Lisette - WaarBenJij.nu

Per schip van Bintan over de evenaar naar Jakarta!

Door: Lisette

Blijf op de hoogte en volg Edwin en Lisette

01 Februari 2011 | Indonesië, Batavia

30 Januari 2011, Tanjung Pinang

De postieve punten van vandaag:
- WE HEBBEN FERRY TICKETS NAAR JAKARTA!!!! Woei!
- Het heeft 4,5 minuut niet geregend
- Een spekkoek kost hier 60 cent

De negatieve punten van vandaag:
- Het heeft 23 uur en 55,5 minuut wel geregend
- Je moet in Tanjung Pinang goed oppassen niet in het open riool te vallen
- Er lopen ratten op straat in Tanjung Pinang

Na het ontbijt direct naar het reisbureau gelopen. Meteen begon de dame achter de balie de ferry reservering te maken en ik kon wel dansen van blijdschap toen de tickets geprint werden! Dat heb ik natuurlijk niet gedaan, dat zou een beetje gek zijn. Hierna zijn we terug gegaan naar ons hotel en hebben we een luxe hotel in Jakarta geboekt. We zijn ook van die wereldreizigers hè (not!). ‘Oh, we moeten 24 uur eerste klas op een boot, wat vervelend. Kom, boeken we een luxe hotel in Jakarta om weer bij te komen’. Wat hebben we het slecht! Maar goed, na Azië gaat het alleen maar bergafwaarts met de luxe dus we genieten er nog even van dat we het kunnen doen.

Omdat het buiten de hele dag hoost, zitten we voornamelijk binnen. Uit verveling loopt Edwin soms naar het raam aan het eind van de gang om te kijken hoe hard het regent. Op zijn laatste expeditie ontdekte hij uit-het-raam-kijkend een KFC dus daar zijn we maar even gaan lunchen. Daarna hebben we nog even een rondje gelopen, het was heel even droog. We zijn naar de supermarkt geweest om inkopen te doen voor onze reis morgen. Dat is echt heel grappig; het is net of we door de toko in Utrecht lopen, echt heel veel bekende produkten. Tanjung Pinang is niet echt een bijzonder plaatsje en de regen en grijze lucht maakt het niet aantrekkelijker. Het eiland waar we zijn, Pulau Bintan, wordt veel bezocht door expats uit Singapore. Deze expats zitten echter allemaal in het noorden, waar allemaal luxe resorts zijn. In de hoofdstad van het eiland, Tanjung Pinang waar wij nu zijn, komen zelden toeristen. Daarom worden we door iedereen uitvoerig aangestaard als we door de straten lopen. Af en toe doet iemand een halfslachtige poging door ‘yes sir, taxi’ te roepen, maar dat is het dan ook wel. Verder is Tanjung Pinang alles wat Singapore niet is: een simpel, aziatisch plaatsje met ongelijke stoepen, vuil op straat, open riolen, een rat hier en daar, simpele eettentjes en winkeltjes. De mensen staren ons onbeschaamd aan maar zijn wel heel vriendelijk.

Onze tv heeft één degelijke Singaporese zender en we slijten onze wachturen dan ook met het kijken van nieuws, Oprah Winfrey (!) en American Idol. Verder mailen en Facebooken we wat. Vanavond zijn we op expeditie gegaan naar het restaurant tegenover het hotel. We bestelden Nasi Goreng en (althans dat dacht ik) gehalveerde gekookte eieren in pittige saus à là Tante Wilma. Helaas, het bleken twee halfgekookte eieren te zijn. Ie. Dat hebben we vaker gezien de afgelopen maanden, de Aziaten zweren erbij. Dat krijgen we echt niet weg. Gelukkig wilden ze ze wel even voor ons opbakken. De Nasi was overigens ongekend lekker en we vroegen ons af waarom we vanmiddag in hemelsnaam bij de KFC zijn gaan zitten. Alles zit erop en eraan; ketjap, gebakken eitje, kroepoek…ik had het zelf niet voor 60 cent op tafel kunnen zetten.

Nu film kijken en op tijd slapen. De wekker gaat om 04.30 uur.

31 Januari 2011, ergens op de Java Zee tussen Pulau Bintan en Jakarta

Zoals altijd voor een lange reis waar we vroeg voor op moeten staan, hebben we ook vannacht heel slecht geslapen. Toen om 04.30 uur de wekker ging waren we daarom ook nog lang niet uitgeslapen. De Imam, die zijn wekker ook had gezet, leek wel heel uitgeslapen want terwijl wij naar het ontbijt strompelden, riep hij uit volle borst op voor het gebed.

Om 05.30 uur vertrokken we met de door ons bestelde auto met chauffeur richting Kijang, waarvandaan de ferry naar Java zou moeten vertrekken. De chauffeur, een jonge knul met een mooie-auto-met-videoscherm-en-cd-van-Justin Timberlake, was heel nieuwsgierig. Eigenlijk is iedereen hier heel nieuwsgierig. Ze willen alles van je weten, we hebben in de afgelopen vijf maanden nog nooit zo vaak verteld waar we vandaan komen en wat voor een reis we maken als in de afgelopen drie dagen. Hoofdvraag is overigens altijd: waarom gaan jullie niet vliegen?? Verder was hij zo wie zo erg spraakzaam. Hij vergeleek onze boot met de Titanic waarop ik zei dat ik hoopte dat ‘ie niet zou zinken. Ook kregen de Chinezen de schuld van het slechte weer; het schijnt elk jaar een paar weken vóór Chinees Nieuwjaar heel veel te regenen en dat is na nieuwjaar weer over. Dat is een goed teken volgens de Chinezen; het zorgt voor een goede oogst. Maar de rest van de mensen zit er maar mee.

Om 06.15 uur komen we bij de ferry ‘terminal’ aan. Het wordt net licht. Ons chauffeurtje wilde ons eigenlijk niet naar de terminal sturen waar mensen op de grond zitten en liggen te wachten. ‘Weet je zeker dat je daar wilt wachten? Het kan nog wel een paar uur duren voor het schip komt’. We verzekerden hem dat het geen probleem zou zijn, betaalden en zeiden gedag.

We zochten een plekje onder de overkapping voor de terminal die nog niet open was. Het hoosde nog steeds. We gingen zitten tussen de andere reizigers en wat verkopers. Er werd direct een mat aangeboden om op te zitten maar die slaan we af om discussies over de prijs te voorkomen. Iedereen staart ons nieuwsgierig aan. Sommige mensen komen een praatje maken. Er worden goederen af en aan gesleept; matrassen, kisten, tassen, koffers. Verkopers lopen rond met manden met eten en drinken en roepen ‘kopi, kopi, nasi. nasi!!’ Koffie en rijst; een Indonesisch ontbijt. Het regent nog steeds onophoudelijk. Na een kwartiertje gaat de ferryterminal open en laten twee vriendelijke verkopers ons weten dat we binnen kunnen gaan zitten. Dat is fijn want we kunnen nu op een stoel zitten en hebben zicht op het water. Onze boot zou om acht uur moeten vertrekken, maar wij zijn niet in de illusie dat dat gaat gebeuren. Tegen half acht zien we de kleine loodsbootjes wegvaren en al gauw komt de KM Ciremai in zicht; onze ferry naar Jakarta.

Eén van de verkoopsters komt naast me zitten. Ze vertelt dat haar man dood is en dat ze twee kinderen heeft. De twee mandjes met verkoopwaar is waar ze het van moet doen. Ze vertelt nog eens dat haar man dood is. Dan vraagt ze wat mijn geloof is. Ik zeg ‘Christian’, dit lijkt me niet het moment om uit te leggen dat ik geen geloof aanhang. Ze zegt dat ze ook Christelijk is en dat ze elke dag bidt. Ik knik begrijpend. Dan komen haar twee kinderen aanlopen. Ze zien er goed uit, pakken een broodje uit het mandje met verkoopwaren. Ze zijn duidelijk gek op hun moeder. De mevrouw die, nu ik beter kijk, mooie oorbellen in heeft, kijkt wat in de verte. Dan staat ze op en loopt naar wat andere mensen toe om haar spulletjes en misschien ook wel haar verhaal te verkopen. Ik zie haar niet meer terug.

Tegen half negen lopen we tussen onze medereizigers de trap op van de KM Ciremai. Het hoost nog steeds, maar wij Hollanders hebben een paraplu. Er ontstaat nog een relletje naast ons tussen een meneer die controleert of iedereen wel een ticket heeft en een meneer die schijnbaar geen- of een foutief ticket heeft. Ons wordt niks gevraagd.We lopen naar binnen en komen terecht op het onderste dek: ‘economy class’. Voor iedereen die Titanic gezien heeft; daar waar het gepeupel zit, onderin het schip. Ok, in feite zijn het gewoon hele grote bedden waar meerdere mensen naast elkaar kunnen liggen. Er zijn geen matrassen, die moet je huren. De sanitaire voorzieningen…zagen er niet zo best uit. Terwijl we de boot opliepen riep een meneer van het personeel direct: ‘Good Morning Sir! Which class? Economy?’ Toen we aangaven dat we eerste klas geboekt hadden zei hij: ‘6th floor please’. Elke verdieping die we omhoog liepen werd het rustiger. Op de 6e verdieping betaalden we een euro of vier sleutelborg en kregen we een cabin toegewezen. Hiervan bleek de airco het niet te doen wat we nog niet doorhadden maar de meneer kwam ons halen en we kregen direct een andere cabin. Het is wat verouderd maar echt best heel luxe voor hier. De cabin is ruim, heeft twee aparte bedden, een bureau, een tv, een kast, een raam en een badkamer. De wc is Westers al moeten we ‘m met bakjes water doortrekken, maar dat is heel normaal in Azië. Er is zelfs een douche, al wachten we daar denk ik even mee tot morgen in Jakarta. Vergeleken met beneden is het net een luxe hotel. Er zijn redelijk wat mensen die ons de afgelopen dagen gevraagd hebben welke klasse we zouden gaan reizen en als we zeggen dat het eerste klas is staan ze allemaal met hun oren te klapperen. 85 Euro per persoon voor een enkele reis is een vermogen hier, misschien wel een heel maandsalaris voor velen.

De KM Ciremai is 146,50 meter lang en 23,46 meter breed. Er kunnen in totaal 1973 mensen op mee waarvan o.a 1553 mensen in economy class en 44 in de eerste klas. De rest is verdeeld over de tweede en derde klas. Het is Duits schip en gebouwd in 1991. Er zijn 131 bemanningsleden aan boord die drie maanden werken en dan één maand vrij krijgen. We waren ongeveer 18,5 knopen, maar dat is niet de maximale snelheid, verzekert de kapitein ons.

11.40 uur Ruim drie-en-een-half-uur na de oorspronkelijke vertrektijd maakt de kapitein aanstalten om te vertrekken. Net als het schip los komt van de kade, komt er een meneer naar ons toe die vraagt: ‘First class?’ Uh. Ja? ‘Ok, come with me’. Hij loodst ons naar het eenvoudige eerste klas restaurant waar een gedekte tafel voor ons klaar staat. Er staat eten op wat koud is, maar best ok smaakt. De reden dat het koud is, is waarschijnlijk omdat wij het omroepbericht waarin wordt gezegd dat we kunnen gaan eten niet kunnen verstaan. Het deert niet. Er speelt een heel foute band en de zanger en zangeres zingen heel vals. We voelen ons een beetje opgelaten; het lijkt erop dat we de enige eerste klas gasten zijn vandaag. We worden bediend en uh…speelt de band nu voor ons? Het voelt nogal Titanic; beneden zit men opgepropt op een verdieping en hier zitten wij aan ons foutgedekte tafel met valse band. Misschien hadden ze het restaurant beter kunnen ombouwen in een extra economy verdieping zodat men beneden wat meer ruimte zou hebben. Maar goed, dan zouden ze er waarschijnlijk twee keer zoveel mensen op stoppen, dit is nog steeds Azië.

Na de lunch besluiten we alsnog naar buiten te gaan, we willen om ons heen kijken en de band is niet om aan te horen. Men lijkt het prima te vinden. We lopen wat rond buiten. Het is gestopt met regenen, de wind is warm. Al onze medereizigers staren ons nieuwsgierig aan. Meisjes beginnen te giechelen. We gaan aan de voorkant van het schip staan en kijken uit op zee. De imam zingt het middaggebed. Het begin van onze reis op de KM Ciremai. Spannend. Surrealistisch. Supergaaf.

***

Als wij vanmiddag een stukje gaan wandelen worden wij zoals gewoonlijk door iedereen aangestaard. Het is bijna erger dan in China. Nee, het ís erger dan in China. Ze vinden het maar raar, die Westerlingen op hun schip. Je ziet ze denken: ‘Als ik zo rijk was ging ik vliegen’. Als we langs een paar mensen lopen draait een jonge knul zich om en steekt zijn hand uit. Hij heet ons welkom en wil weten waar we vandaan komen. Ik besluit het vragenvuur eens om te draaien. Ik zeg dat we uit Nederland komen en vraag waar hij vandaan komt. Dat verrast hem en hij wordt er verlegen van. Hij komt uit Lombok en weet dan niks meer te zeggen.

***

Vandaag zullen wij per schip de evenaar passeren. Dat is een first-timer!

***

Per schip naar Indonesië reizen doet me denken aan mijn opa Herman, die in 1947 naar Indonesië moest om te vechten tegen de Indonesiërs die het land onafhankelijk hadden verklaard. 26 dagen vaart hij op de ‘Volendam’ vanuit Amsterdam naar Sumatra, waar de omstandigheden waarschijnlijk niet veel beter waren dan op ons economy dek. Wat zouden opa en oma ervan vinden dat wij nu per schip naar Indonesië varen? Ik wou dat ik het ze kon vragen. Het is niet te vergelijken, 63 jaar na dato. The world is a different place.

***

Over Herman gesproken. We gingen net na het eten (wat blijkbaar altijd koud geserveerd wordt) even een loopje doen. We wilden op het bovenste dek aan de voorzijde van het schip gaan staan waar je een goed overzicht hebt. Net toen we de trap wilden oplopen kwam er een bemanningslid die zei dat we daar nu niet mochten staan omdat het gevaarlijk zou zijn. We wilden net weggaan toen hij wees op een deur onder het dek. Ik keek vragend en hij deed de deur open en maande ons naar binnen. Ik dacht dat we bij een ander dek zouden komen maar we stonden prompt bij de kapitein binnen! Een hele grote ruimte met veel navigatie apparatuur. Interessant genoeg hing de kapitein in een stoel voor zich uit te staren, evenals de onder-officier. Er was ook een kadet (de jongen die ons had uitgenodigd) die gauw thee ging zetten en verder de ingestelde apparatuur in de gaten hield.

De kapitein wees ons op een landkaart met allemaal berekeningen en geodriehoeken (zo’n ding heb ik al tien jaar niet meer gezien) en wees aan waar we nu voeren. We waren nog niet zo lang daarvoor de evenaar gepasseerd. We kletsten wat, ze wilden weten waar we vandaan kwamen en waar we heen gingen. De onder-officier stelde zichzelf voor als Herman, wat echt nogal vaag klonk uit de mond van deze Indonesische man en me direct weer aan mijn opa deed denken. Ze wilden weten of we eerste klas reizen en wat dat kost. Typisch genoeg vraagt iedereen ons dat. Herman vertelde ons dat hij familie heeft in Den Haag en dat hij ze graag zou bezoeken maar dat dat niet kan. Als onder-officier verdient hij namelijk ‘maar’ 7 miljoen Rupia, ongeveer 600 euro per maand. 600 euro per maand! Als onder-officier van een schip wat in een gebied vaart zo groot als Europa! Geen wonder dat iedereen met z’n oren staat te klapperen als we vertellen dat we eerste klas reizen en geen wonder dat de eerste klas verder leeg is. Eén van de bemanningleden vroeg mij wat mijn kopje koffie kostte wat ik in de toko had gekocht. Hij stond van afschuw met zijn hoofd te schudden toen ik zei dat het 6000 Rupiah (50 cent) had gekost. Zóveel??

Er piept wat apparatuur. De kadet roept de kapitein. Er is een boot gesignaleerd, kilometers voor ons schip. Ik zie hem niet, moet de verrekijker erbij pakken om hem te lokaliseren. De kapitein veert op en men legt contact met het schip. De rust keert terug.

We vonden het geweldig dat we werden uitgenodigd bij de kapitein. De vraag is alleen; krijgen wij een voorkeursbehandeling omdat wij ‘blank’ zijn, of omdat we ‘rijk’ zijn? Of misschien zijn ze gewoon nieuwsgierig? We voelden ons een beetje bekeken door onze medereizigers op het dek toen we het kantoor van de kapitein uitliepen. We voelen ons bevoorrecht, iedereen is zó vriendelijk, maar het maakt ons ook bewust van hoe men op dit schip tegen ons aankijkt. Verwarrend.

01 Februari 2011, ergens op de Java Zee tussen Pulau Bintan en Jakarta

04.43 uur Uh. Allah is geen uitslaper. De imam op de boot ook niet. Er hangen luidsprekers in de gang en op het dek buiten en ik strompel naar de wc. In het uur na het oproep voor gebed kan ik niet meer slapen en lig ik wat te draaien. Ik besef me dat ik als een blok heb geslapen de afgelopen negen uur. De zee is rustig en we schommelen alleen wat heen- en weer. De reis verloopt heel voorspoedig en kalm. Eigenlijk verdient Allah wel een bedankje daarvoor. Ik ben blij dat de imam daar aan gedacht heeft vanmorgen.

06.52 uur Uh. Luidspreker: ‘Bla-die-bla-die-bla. Bla-die-bla. Terima Kasi’.

?

07.00 uur Uh. De wekker gaat. We moeten eruit, het ontbijt staat klaar. We lopen de cabin uit. Ik wordt er direct aan herrinerd dat we op een boot zijn in Indonesië waar iedereen ons aanstaart, dat was ik in al mijn slaap even vergeten. Ik verman me. Het ontbijt bestaat uit witte rijst, omeletjes met peper en Mie Goreng. We krijgen er heerlijke zoete thee bij. Edwin kijkt teleurgesteld tot hij de thee proeft. Hij neemt twee kopjes.

09.00 uur We doen een loopje. We gaan aan de voorkant van het schip staan en negeren alle starende gezichten. We kijken in de verte.Er is he-le-maal niks te zien, alleen maar eindeloze zee. De zee is heel blauw, de lucht is warm. Er staat een harde wind. Voor we het weten staan we er drie kwartier en we lopen weer naar beneden. We lopen eens wat dekken af naar beneden. Er zit een meneer karaoke te kijken en een bewakingsmeneer rookt een sigaret. We maken een praatje. De karaoke-kijkende man vindt Holland ok, maar Israël, dat is foute boel. Dat hebben we in Maleisië al geleerd; Israëliërs komen daar niet in. Verder vertelt hij over zijn thuis op Sulawesi. Daar moeten we echt heen, dat is na Bali het tweede paradijs. Het is een beetje een verwarrend gesprek, het Engels is gebrekkig. Wanneer we denken dat het beleefd is, groeten we en lopen we naar Dek 2. Hier is de economy class. Mensen zitten gezellig op hun matrasjes. Het ziet er minder hectisch uit dan gisteren, toen we de boot opkwamen. Iedereen staart ons aan, dus we gaan maar weer even naar onze cabin.

11.25 uur Er wordt geklopt. Een meneer komt vertellen dat de lunch klaarstaat. Ok. We zijn nog niet de gang uit en de klanken van de valse band komen weer op ons af. Aaah!

12.37 uur Land in zicht!!!! We staan voor op het schip en zien de skyline van Jakarta vaag aan de horizon verschijnen. Om ons heen heel veel boten die geparkeerd lijken te liggen. Jakarta, we did it! We doen er nog een half uur over om bij de haven te komen en daarna nog eens een half uur om door de loods naar onze parkeerplek geleid te worden. Een uur nadat we de eerste tekenen van land zagen proberen we ons een weg van het schip af te banen. Op het moment dat we aanmeerden renden tientallen mensen de trap op en nu wil iedereen eraf; het is een zooitje.

Er staan meerdere taxi’s maar geen van hen wil natuurlijk de meter gebruiken. De eerste die wij aanspreken wil 100.000 Rupiah, een euro of acht. Veel te veel. Het mag absoluut niet meer kosten dan 50.000 en dat is al teveel. We vinden er één die het voor 50.000 wil doen. We vertrouwen het niet maar we moeten hier weg dus we moeten wat. Was de bootreis rustig en relaxed; tijdens deze taxirit krijgen we tot drie keer toe de schrik van ons leven. Het verkeer in Jakarta is gestoord. Op een gegeven moment staan er auto’s lijnrecht tegenover onze taxi, op de verkeerde baan. Na ruim een half uur komen we aan bij ons hotel. De chauffeur neemt de 50.000 zonder mokken aan. Da’s mooi. Het hotel is ook mooi. We moeten eerst door een security check voordat we naar binnen mogen. We worden hartelijk ontvangen door een jongen die een jaar in Arnhem in een hotel heeft gewerkt en redelijk wat Nederlands spreekt. Een dame van het hotel brengt ons naar onze kamer op de 25e verdieping. Het heeft een slaapkamer en een kleine woonkamer met keuken. Een gigantisch uitzicht op de stad om ons heen, het idiote verkeer heel ver beneden ons. We zijn in Jakarta aangekomen. Zonder te vliegen.

  • 01 Februari 2011 - 14:41

    Eva:

    Wauw! Gaaf hoor! Met een beetje mazzel mogen jullie in Nederland ook een keer bij kapitein Ad aan boort;) x

  • 01 Februari 2011 - 14:44

    Jo&Bas:

    Haha, we zien allerlei scenes uit de reizen van Michael Palin voor ons. Die werd ook overal uitgenodigd bij kapiteins, directeuren, regisseurs etc. Kunnen ons voorstellen dat het gek voelt om so "singled out" te worden. Maar het is ook wel cool dat er letterlijk allerlei deuren open gaan.

    Overigens heeft Bas in Indonesie gereisd met een Indonesier die Jopie heette :-)

    xxJ,B,E

  • 01 Februari 2011 - 16:04

    Christianne:

    Jeetje, wat stoer, op de thee bij de kapitein!! Leuke foto's: ik heb nooit geweten dat een 'stuurhut' zo enorm groot zou zijn.
    En, hebben jullie voorop het dek nog Leonardo nagedaan met op de achtergrond de band die het nummer van Celine Dion zingt? Ik zie het helemaal voor me. Haha.

  • 03 Februari 2011 - 12:50

    Shusila:


    Selamat!
    Ik liep nogal achter met jullie reisverslag. Zit nu ziek thuis (grieppie) dus heb even ingehaald van ergens december tot nu! Dus: Lisette, nog gefeliciteerd en allebei een heel gelukkig en gezond 2011 ;-)
    Nog 20 dagen en jullie zijn al een half jaar weg! Ongelofelijk niet? En wat hebben jullie veel gereisd, meegemaakt, mensen leren kennen, veel lekkere gerechten gegeten, gezien en gehoord. Neem echt mijn petje af!
    Ciao!
    Liefs, Shusila

  • 03 Februari 2011 - 18:26

    Gerda:

    Geweldig zeg zo'n reis op de KM Ciremai en dan
    uitgenodigd worden in de stuurhut van de kapitein.
    Zo, dat hebben jullie maar geflikt
    Groetjes, ook van Jan.

  • 05 Februari 2011 - 14:44

    Wilja En Ferry:

    Goeie genade, jullie werden op die ferry wel behoorlijk met je neus op de feiten gedrukt dat jullie "rijke" westerlingen zijn. Maar gelukkig zijn jullie niet zeeziek geweest.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Indonesië, Batavia

Edwin en Lisette

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 445
Totaal aantal bezoekers 323227

Voorgaande reizen:

23 Augustus 2010 - 28 Augustus 2011

Wereldreis!

Landen bezocht: