Flores & Komodovaranen
Door: Lisette
Blijf op de hoogte en volg Edwin en Lisette
13 Maart 2011 | Indonesië, Batavia
Gisterenochtend zijn we na het ontbijt uit Lovina vertrokken en binnen drie uur waren we terug in Kuta, in het zuiden van Bali. Een dag ervoor waren Arno en Annemarie op Bali geland en Kuta was de meest voor de hand liggende plek om af te spreken. We stonden net in te checken toen ze toevallig langs de receptie kwamen lopen. Aan de ene kant een vreemde gewaarwording om na zo’n lange tijd weer bekende gezichten te zien maar aan de andere kant was het net alsof we elkaar vorige week nog gezien hadden. Gewoon meteen gezellig! We zijn direct maar gaan lunchen en begonnen met bijkletsen. Wat is het fijn dat je niet hoeft uit te leggen waar je vandaan komt, wie je bent en wat je doet. De afgelopen zes maanden hebben we heel veel mensen leren kennen maar het eerste uur ben je altijd bezig met elkaar leren kennen. Nu hoeft dat niet en dat voelt op de één of andere manier heel prettig, heel gewoon.
De rest van de middag hebben we bij het zwembad van de accommodatie gelegen. Beetje zwemmen, drankje bestellen en Annemarie en ik maar beppen natuurlijk :) Op mijn verzoek hadden ze tijdschriften voor me gekocht op Schiphol, maar van lezen kwam niks terecht want we hadden steeds wat te kletsen. We hebben schijnbaar nogal wat gemist in Nederland. We weten nu niet alleen dat er een ‘Oh oh Cherso’, maar ook een ‘Oh oh Tirol’ is en we hebben onder andere geleerd wie Ben Saunders is. Tja, je bent een half jaartje weg en meteen ontheemd :) ‘S avonds zijn we uit eten geweest en zijn we daarna nog wat gaan borrelen tot we om half één echt maar afscheid hebben genomen. Het was echt een waanzinnig gezellige dag!
Vanmorgen begon minder waanzinnig. OMG wat kunnen mensen dom zijn. Hierbij deel ik graag nog even een dialoogje van een paar ‘wij-komen-elk-jaar-vier-maanden-naar-Bali-en-wat-zijn-we-nu-toch-verschrikkelijk-wereldwijs-Nederlanders die wij tijdens het ontbijt moesten aanhoren.
Mevrouw 1: ‘Ja, nou, ik moet zeggen, tegenwoordig kan je hier vlees kopen, dat was tien jaar geleden nog niet hoor, nee, nou.’
Mevrouw 2: ‘Vleeswaar bedoel je, geen vlees.’
Mevrouw 1: ‘Ja, nee, ik bedoel, je kan nu ham krijgen bij de Matahari (warenhuis, red.), dat was toen nog niet hoor. Dat is wel enorm veranderd.’
Mevrouw 2: ‘Nee, dat had je toen nog niet.’
Meneer 1: ‘Weet je wat je hier echt niet te krijgen is? Durex batterijen. Die heb je hier niet.’
*Een stilte volgt. Met smart wacht ik op het vervolg*
Meneer 1: ‘Duralex bedoel ik, Durex dat zijn van die condooms natuurlijk, haha. Duralex batterijen, niet te krijgen hier.’
Mevrouw 1: ‘Hihi, ja Durex, dat zijn condooms.’
Meneer 1: ‘Wat ik nou niet snap hè, waarom loopt die vrouw die ons bedient er nou zo bij hè. Moet je dat shirtje zien, vlekken erin, dat ziet er toch niet uit.’
Mevrouw 2: ‘Tja, ze krijgen hier waarschijnlijk geen ander t-shirt van de baas.’
Meneer 1: ‘Kan jij ‘es aan haar vragen wat zo’n t-shirtje kost, dan kope we toch effe een nieuwe voor haar, dit ziet er echt niet uit.’
Mevrouw 2: ‘Ik heb het gevraagd maar ze wil het niet hebben, ze krijgt binnenkort een nieuw shirt van haar baas.’
Meneer 1:’Nou, ik vind het echt schandalig. Ik ga er wat van zeggen. Het ziet er niet uit. En iemand moet het zeggen want anders gebeurt het niet, hè, toch. Schandalig.’
Toen was gelukkig ons ontbijt op en konden we vluchten. Kuta herbergt met stip de meest onintelligente Oud-Hollandsche-Semi-Geëmigreerde-Ik-Heb-Mij-Verschrikkelijk-In-Het-Land-Verdiept-Kijk-Mij-Eens-Belangrijk-Zijn-toeristen die je kan bedenken.
Anyway, tegen negen uur namen we een taxi naar de airport. Dit keer niet om een visum te verlengen, maar om dan toch echt onze eerste vlucht in 6,5 maand te gaan maken. Het was zowaar een beetje een gedoetje. We hebben geen ‘flight-bag’ bij ons om onze rugzakken in te pakken dus we bonden de straps bij elkaar. Ook begint mijn tas van ouderdom uit elkaar te scheuren en heb ik maar een stuk karton achter de scheur gedaan zodat men niet zomaar vanalles in mijn tas kan stoppen. We kwamen erachter dat de tassen 17 kilo per stuk wegen. We gingen met 15 van huis dus dat verraadt wat tussentijdse aankopen. We vroegen aan de mevrouw of we water aan boord mochten meenemen en dat mocht. Geroutineerd gingen we door security en we liepen wat rond. Er waren nog best wat winkeltjes in de binnenlandse terminal en er was zelfs wifi. We dronken en aten wat, bekeken de enorme kakkerlak die langs kwam wandelen en een uur te laat werd dan toch onze vlucht naar Labuan Bajo omgeroepen.
We stapten in een bus en werden naar een klein propellor vliegtuigje gereden. We gingen zitten, deden de gordel vast en vrijwel direct reden we al richting de startbaan. We keken elkaar verdrietig aan. Nee, dit gebeurt niet echt…we gaan toch niet vliegen! Maar echt, de droom is nu definitief voorbij. Voor we het wisten zaten we al in de lucht en waren we toch écht aan het vliegen.
We hadden erg erg tegenop gezien maar het uitzicht maakte gelukkig heel veel goed. We vlogen eerst over Lombok, toen Sumbawa en al gauw hadden we een prachtig zicht op vele kleine eilandjes, soms onbewoond, en op Komodo eiland. Prachtige groene bergen op het eiland, spierwitte stranden en een turkoise zee eromheen. Adembenemend. Na een uur en een kwartier landen we op Labuan Bajo ‘airport’, wat we misschien beter ‘airstrip’ kunnen noemen. De bagage werd uitgeladen en net toen we in ons transferbusje zaten en wegreden bij de airport steeg het toestel weer op voor zijn volgende bestemming.
We kwamen aan bij onze accommodatie wat van twee Hollanders is. De kamer is echt prima. Wij hebben gekozen voor een kamer met koud water en ventilator, wil je warm water dan betaal je meer, wil je airco dan betaal je zowat het dubbele. Het was echt drukkend heet toen we aankwamen, dus ik heb eerst wat tijdschriften uit de kast getrokken bij de receptie en met een Quest en Viva zijn we onder de fan op bed gaan liggen om af te koelen. Tegen het eind van de middag was het gelukkig bewolkt en zijn we naar het dorp gelopen, waarvoor we een heuveltje af moeten lopen maar wat een fijne wandeling is, als het geen 35 graden is tenminste. We merkten direct dat we weer in een heel ander Indonesië terecht zijn gekomen. De mensen zijn heel vriendelijk maar willen verder vrij weinig van je. De dame in het goedkope restaurantje moest enorm giegelen toen ze ons bediende. We konden met gemak een prijs opvragen voor verschillende tourtjes en zeggen dat we er op terug zouden komen. Het voelde een beetje als Java. Nog geen massatoerisme. Pure, vriendelijke mensen. We hebben een auto met een chauffeur geregeld voor morgen en gaan de westkant van Flores bekijken. We hebben er zin in!
11 Maart 2011, Labuan Bajo
Om half acht vertrokken we vanmorgen met onze chauffeur om het westelijke gedeelte van Flores te gaan bekijken. Wat me al gauw opvalt is dat er vier Durex batterijen in het vakje van mijn autodeur liggen; so far voor bovengenoemde Hollandsche wijsneus. Anyway.
Flores is een enorm groot eiland en het heeft één weg; de Trans-Flores Highway. Deze snelweg, of eigenlijk meer binnendoorweg, is door de Hollanders in de koloniale tijd aangelegd en ziet eruit alsof er sindsdien niks meer aangedaan is. Enorme gaten sieren het wegdek. Dat houdt trouwens niet in dat je op de rechte stukken niet gewoon 130 km per uur kan rijden, wat onze chauffeur ons even liet zien. Maar, inderdaad, alleen op de rechte stukken want Flores is heel bergachtig en het grootste gedeelte van de weg slingerde dan ook naar boven en naar beneden. Onderweg komen we heel veel bemo’s tegen; kleine minibusjes waar mensen inzitten, opzitten of aanhangen. Soms heisen ze er een varken op of ligt er ineens een geit op het dak. Onderweg hebben we een prachtig uitzicht over verschillende dalen. Wat ons direct opvalt is hoe ongelooflijk groen Flores is. Overal waar je kijkt zie je bomen en heuvels met groen. Ook viel ons op dat het zo anders oogt dan de eilanden die we tot nu toe hebben gezien. Het lijkt in de verste verte niet op Java, Bali en Lombok. De sfeer is anders. Alhoewel, de mensen doen ons erg denken aan de mensen op Java, heel vriendelijk, oprecht en nieuwsgierig. Ze poseren graag voor een foto en willen weten waar je heen gaat. We hebben dan ook geen andere toeristen gezien vandaag. Het geloof op Flores is ook anders; 85% van de mensen op Flores is katholiek. We zien dan ook heel veel kerken. Best maf ineens.
Onze chauffeur komt uit Jakarta en ontpopt zich tot een heuse gids; hij is de meest welbespraakte chauffeur tot nog toe. Heel leuk want hij vertelt van alles, wijst alle pinda-, cashew-, laurier-, koffie,- vanille-, cacao-, en-noem-maar-op bomen aan die hij kan vinden. We begrijpen nu ook waarom de Hollanders Indonesië zo graag wilden hebben; alle mogelijke kruiden en specerijen groeien hier, een lucratieve handel.
Los van het prachtige en afwisselende landschap zijn er verder geen ‘highlights’ in het westen van Flores, maar wij vermaken ons altijd het best door het landschap langs ons heen te laten glijden en af en toe een onderonsje met een local. Zo nu en dan stappen we uit om een foto te maken van al het groens om ons heen. We rijden naar Ruteng wat 130 kilometer van Labuan Bajo ligt maar door de weg en de bergen doen we er bijna 4 uur over om er te komen. Onderweg zien we prachtige rijstterrassen, die ons weer versteld doen staan. We stoppen bij een klein dorpje waar de gids ons rijstterassen in de vorm van een taart laat zien; elke familie uit het dorp heeft een ‘taartpunt’ uit het terras. Heel maf om te zien. Ook laat de chauffeur een traditioneel dorp zien met ronde huizen met gigantische rieten daken. Eigenlijk vinden wij de enthousiast poserende kindjes veel gezelliger dan de huisjes, maar het is wel leuk om te zien.
Na de lunch gaan we weer terug richting Labuan Bajo; vier uur terug over dezelfde weg want er is er dus maar één op het eiland :) Het hoost gigantisch, het is tenslotte regenseizoen en de chauffeur besluit ons te vermaken met een dvd over de komodo varanen die we morgen gaan bekijken. Er plopt een mini-tv uit het plafond en het is nog een interessante documentaire ook. Ik wordt er wel een beetje bang van want wat een mega grote enge beesten zijn het zeg. En ze kunnen je opeten. En er schijnen ook heel veel slangen te zitten op het eiland waar we heen gaan. Hm.
Terwijl de chauffeur de berg afscheurt en wij ons druk maken over we hoe we levend van de berg afkomen, schijnt het thuisfront zich vooral druk te maken over hoe we levend óp een berg komen. Onze chauffeur krijgt ’s middags een sms van zijn broer dat er een flinke aardbeving is geweest in Japan en dat er een tsunami-waarschuwing is uitgegeven. We verbaasden ons over de heftigheid van de aardbeving maar concludeerden dat er nog redelijk veel land tussen ons en Japan in ligt. Bij terugkomst in Labuan Bajo boeken we dan ook gewoon een boottrip voor morgen en daarna gaan we even chillen in onze kamer voordat we gaan eten.
Als we even later gaan eten doet het internet het niet. De meneer van de accommodatie zegt: ‘hij zal het zo wel gaan doen hoor’. We raken aan de praat met een Oostenrijks stel die zeggen dat ze gehoord hebben dat de Tsunami in Sulawesi aan land zal gaan. Verder kletsen we gezellig over de gemaakte boottrip van hen en onze dagtour van vandaag. Het personeel van het restaurant speelt een spelletje. Als na een minuut of tien het internet gaat werken stromen de bezorgde berichten binnen. Of het wel goed gaat met ons, of we niet beter op een heuvel kunnen gaan zitten, of we het willen laten weten als het voorbij is, berichten op Facebook…De stroom valt uit dus ik besluit mijn telefoon maar even te gaan halen, alleen heb ik hier nauwelijks bereik. Als het internet het weer doet bellen we maar even naar huis. Er is niks aan de hand en ons hotel ligt meer dan 40 meter boven de zee dus zorgen zijn niet nodig. Ook plaatsen we een bericht op de website en Facebook. ’S Nachts komen er nog meer sms-jes binnen die ik pas de dag erna lees.
Zoals altijd met dit soort dingen is alles veel minder stressvol als je er zelf zit dan wanneer je op afstand het nieuws ziet. News travels fast en het is ons in het afgelopen half jaar duidelijk geworden dat mensen waar-dan-ook-ter-wereld vrijwel altijd het beste met je voor hebben. Iedereen zal je dan ook waarschuwen als er iets is en je bent dan ook altijd op de hoogte van het laatste echt belangrijke nieuws. Je zorgt dat je op een veilige plek zit en wacht rustig af. Thuis komt dat nieuws heel anders binnen. De media worden gek. Dit dient ook een doel; het nieuwe tsunami-waarschuwingssysteem werkt perfect; binnen no-time weet iedereen op de wereld wat er is gebeurd en dat ze van het strand af moeten. Dat het werkt is het belangrijkste. Het zorgt er alleen ook voor dat we in paniek raken en zaken veel zwarter gaan zien dan ze zijn. En er overal ter wereld mensen zijn die verschrikkelijk bezorgd zijn om hun vrienden/geliefden in één van de twintig gewaarschuwde landen. Dit gaat compleet aan je voorbij als je in één van die landen bent. Want we zitten gewoon nasi goreng te eten met uitzicht op de oceaan, waar de vissersbootjes hun nachtvangst binnen halen.
Al met al vonden we dat vooral vervelend voor jullie. We vonden jullie berichten wel verschrikkelijk lief! Overigens nog een kleine vraag: kunnen jullie als je een nieuw 06 nummer hebt dit aan mij doorgeven? Ik kreeg telefoontjes en sms-jes van onbekende nummers, zonder naam in de sms. Dat is wel wat lastig te lokaliseren. Ik hoop dat iedereen ondertussen begrepen heeft dat er niks aan de hand is.
13 Maart 2011, Labuan Bajo
Gisterenochtend meldden we ons bij het reisbureautje waar we onze boottrip hadden geboekt. We huren een snorkelset en lopen samen met Manolo, een spanjaard, naar de boot. Een oud-aggenebbis ding dat heel langzaam vaart. Dat is geen straf want het landschap om ons heen is fantastisch. Overal kleine, groene eilandjes met witte stranden. Veel van deze eilanden zijn niet bewoond. Al snel duiken er twee dolfijnen op naast de boot, later zien we nog een grote groep. Heel bijzonder, wat een natuurschoon. We varen een uur of twee en worden dan afgezet op Rinca eiland. Rinca ligt naast Komodo Island en deze beide eilanden behoren tot het Komodo National Park. Dit is de enige plek ter wereld waar de Komodo varaan voorkomt in de natuur. Komodo varanen zijn hele grote, enge hagedissen. Op Komodo worden ze wel 3,5 meter, op Rinca is de grootste ongeveer 3 meter lang. Er zijn er ongeveer 1100 op Rinca eiland en ze kunnen 40 tot 50 jaar oud worden. Ze eten o.a. apen, herten en buffels en mensen als ze er één te pakken krijgen. Het werkt alsvolgt; een Komodo varaan valt zo’n beest aan en bijt hem dan. In zijn bek bevinden zich dodelijke bacteriën. De prooi kan nog best een hele tijd doorlopen, de varaan houdt hem al die tijd in de gaten. Vroeg of laat bezwijkt de prooi aan de bacteriën en eet de varaan deze helemaal op, met bot en al. Dan is hij weer voor een maandje uitgegeten en gaat ‘ie een beetje luieren. Dat de Komodo varanen een raar stelletje zijn blijkt uit het feit dat ze ook elkaar, hun eieren en jongen opeten. Dit is de reden dat de varanen hun eerste 2 à 3 levensjaren boven in een boom doorbrengen; de volwassen varanen kunnen daar door hun gewicht niet in klimmen. Het is ook de reden dat je geen karkassen op het eiland ziet liggen, die eten ze gewoon op.
Als we het eiland oplopen zien we direct een grote varaan liggen. Hij ligt heel stil en kijkt ons aan, ik krijg er de kriebels van. Wat een griezel. We lopen naar de plek waar de rangers hun kamp hebben en zien nog twee varanen lopen, ze bewegen hun logge, zware lichaam rustig voort op hun dikke poten. Ze hebben een hele grote witte tong die zo nu en dan uit hun bek komt en er dan weer in verdwijnt. Eigenlijk zijn het net slangen. Iegh. Bij de keuken van het rangerkamp liggen er een stuk of tien. Ze hopen er wat eten te krijgen en liggen rustig te luieren. We gaan een uurtje wandelen met een ranger. Hij heeft een grote stok met twee scherpe stekels eraan als bescherming. Edwin loopt achter de ranger, ik loop daarachter en dan Manolo. Ik maak de mannen –heel ongeëmancipeerd- duidelijk dat ik die verdeling wel prettig vind. Ik ga echt niet achterop lopen, er kan elk moment zo’n beest uit de bosjes kruipen. Allereerst ziet de ranger een slang maar die gaat er snel vandoor dus die zien wij niet. Ook zien we tijdens de hete wandeling in de jungle geen varanen. We krijgen wel een indruk van Rinca eiland, wat een mooi eiland is. Als we na een uur terugkomen liggen de varanen nog steeds bij de keuken. Het schijnt per dag te verschillen waar en of je een varaan tegenkomt; ze leven tenslotte in het wild. Al met al vinden we het een heel bijzondere ervaring om deze oerbeesten te zien. Het is absoluut een heel bijzondere plek en in deze uithoek van de wereld is nog geen sprake van massatoerisme. Het is puur.
We stappen weer op de boot en eten onze rijst-met-kip lunch die wij ’s morgens hebben meegekregen. Na een minuut of 20 varen stoppen we bij een snorkelplek waar we een uurtje mogen snorkelen. We zien vooral hele felgekleurde papagaai-vissen, mijn lievelingsvissen. Helaas is het snorkelmateriaal heel slecht waardoor er steeds water in ons masker komt en het masker beslaat. Ik hou het na een half uurtje dan ook maar voor gezien.
De terugreis naar Labuan Bajo duurt nog anderhalf uur, we varen weer terug langs de prachtige groene eilanden en zien vliegende vissen en dolfijnen in de verte. Ik ga op de voorkant van de boot zitten en staar in de verte. Wat een prachtig, ongecultiveerd landschap. En wat een rust. Het was een geweldige laatste excursiedag in Azië.
Vandaag en morgen hebben we nog tijd in Labuan Bajo. Echt nog iets ondernemen zit er niet in; als we nog iets van Flores willen zien moeten we een meerdaagse tour boeken en we zien het ook niet zitten om een dure boot te huren alleen om te gaan snorkelen. In plaats daarvan slapen we uit en nemen we een bemo naar een luxe hotel aan de kust. Alle prijsonderhandelingen doe ik ondertussen in het Bahasa Indonesia trouwens :). Bij het hotel kopen we een dagkaart om van het zwembad gebruik te mogen maken, wat aan een prachtig strand ligt. We genieten nog een paar dagen in Indonesië voordat we naar Australië vertrekken.
-
13 Maart 2011 - 11:11
Leendert En Yvette :
Hey there! Lachen om nu ook jullie verslag te lezen en de foto's te zien... wij waren een dikke maand geleden op Flores en Rinca, en nu was het jullie beurt! Wel een beetje teleurgesteld dat jullie hebben gevlogen... wij hebben het wel gefikst om vanuit Flores via Sumbawa en Lombok met lokaal transport terug naar Bali te gaan! :-)
Anyways, veel plezier verder in het prachtige Indonesie! We missen vooral het eten verschrikkelijk... (en de mensen, en het weer, en de stranden, en de zon, en.... en....) :-)
Maarja, Nederland is OOK mooi... toch?!?! Haha! ;-)
Groet,
Leendert en Yvette -
13 Maart 2011 - 12:05
Thaise:
wat een heerlijkheid weer... Het was hier gisteren mooi weer maar nu is het weer bagger, ik ga maar weer eens een wasje draaien en stofzuigen enzo.... t moet toch gebeuren
zucht...
Geniet lekker verder daar, stofzuigen kan je later wel weer :D -
13 Maart 2011 - 12:46
Jo&Bas:
Haha, als ik een baby-Komodo-varaan was, zou ik ook mooi in een boom gaan zitten. Doei!!
Klinkt als een mooi afscheid van Azie guys, goeie reis naar Australie!
xxxJ,B,E -
13 Maart 2011 - 13:42
Rob B:
Wat een gave oerbeesten zijn het toch, maar best wel een beetje eng...vooral omdat ze harder kunnen rennen dan een mens. Gelukkig zijn ze zo te zien ook luier dan de gemiddelde mens ;) -
14 Maart 2011 - 06:17
Gert:
zou je van die mooie beesten geen tasjes of schoenen kunnen maken??????
Tsunamievoorzichtig. -
14 Maart 2011 - 19:02
Ukkie:
Wat tof dat jullie af hebben gesproken met A&A. Ik kreeg al een sms dat ze het ook heel gezellig hadden gevonden met jullie! Maaruh, ziet er wel heel saai uit daar aan dat zwembad ;-) -
14 Maart 2011 - 20:11
Peter En Femy:
We beginnen nu weer heimwee te krijgen naar Flores en Indonesie. Wij vonden het inderdaad ook heel puur op Flores. Zou zo terug willen. Geniet er nog even van en veel plezier in Australie.
Take care -
10 April 2011 - 19:22
Wilja:
Wat een beesten die varanen! Ik vindt het stoer van Liset dat ze zoooo dicht bij die varaan heeft gestaan. ;-)
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley