'Loket 2' & bezoek kindertehuis Singaraja - Reisverslag uit Batavia, Indonesië van Edwin en Lisette - WaarBenJij.nu 'Loket 2' & bezoek kindertehuis Singaraja - Reisverslag uit Batavia, Indonesië van Edwin en Lisette - WaarBenJij.nu

'Loket 2' & bezoek kindertehuis Singaraja

Door: Lisette

Blijf op de hoogte en volg Edwin en Lisette

20 Februari 2011 | Indonesië, Batavia

18 Februari 2011, in de auto tussen Ubud en Kantor Imigrasie, Denpasar

Afgelopen woensdag meteen na het ontbijt werk gemaakt van onze visumverlenging. We hebben op internet allemaal horrorstories gelezen dus we gaan voorbereid op pad. We maken kopiën van ons paspoort en visum, maken een reisschema waarop we schrijven hoe en wanneer we het land willen verlaten (we hebben natuurlijk geen vliegtickets) en nemen een taxi naar Kantor Imigrasie. Complete chaos bij aankomst. We gaan in een rij staan en blijken eerst formulieren te moeten invullen die we op de parkeerplaats kunnen halen. Op naar de parkeerplaats. We vullen het formulier in (zinderende hitte, we zweten ons kapot) en gaan weer in de rij staan. ‘Nee, meneer en mevrouw, dat mag niet in blauwe inkt, dat moet met zwart. En het onderste gedeelte van het formulier moet je niet invullen’. Terug naar de parkeerplaats. Nieuw formulier wat we met een zwarte pen dan maar voor de helft invullen. Zweet. Zweet. Zweet. Terug in de rij. We krijgen een nummertje. Na een half uur wordt ons nummertje geroepen. We gaan naar het loket en leggen uit dat we geen vliegticket hebben maar per ferry zullen reizen waarvoor we nog geen ticket kunnen boeken. De meneer lijkt het oké te vinden, zet wat stempels en zegt: ‘ga daar maar even zitten’. We gaan tussen de andere 50 zwetende toeristen zitten en wachten. Na een tijdje wordt onze naam geroepen. We krijgen een papiertje en de meneer zegt dat we over twee dagen terug moeten komen om te betalen en dan drie dagen later ons paspoort kunnen ophalen. Nee, we kunnen niet nu betalen, we moeten over twee dagen terugkomen. Natuurlijk. Aziatische efficiëntie. De Hollanders zijn duidelijk vergeten de bureaucratie mee terug naar Nederland te nemen nadat ze hier vertrokken.

We lopen Kantor Imigrasie uit en dubben. In Kuta blijven is niet ideaal als we een week op ons paspoort moeten wachten. We besluiten dat dan ook niet te doen en nemen ad hoc een beslissing. Het is 11 uur. We springen in een taxi naar ons hotel. Onderweg kopen we bustickets voor een minibus naar Ubud om 1 uur. We rapen onze zooi bij elkaar, pakken onze tas in en checken voor 12 uur uit. We sturen Konrad en Natalia (die ondertussen ook op Bali zijn) een mail dat we nu naar Ubud gaan. We eten wat en worden om 1 uur opgehaald door een aggenebbis minibus met open ramen (bus-ticket-verkoper: ‘yes off cóurse the minibus has airconditioning!’) die ons binnen anderhalf uur naar Ubud brengt. Bij aankomst wil de chauffeur ons buiten het centrum afzetten, zijn taxivriendjes staan al klaar. Uiteraard was dat niet de afspraak en na wat steggelen brengt hij ons dan eindelijk naar het centrum. Hoe langer we door Azië reizen hoe beter we er in worden; gewoon blijven zitten, armen over elkaar en zeggen: ‘no, we’re not getting off, you bring us to the market!’ Vroeg of laat worden ze het zat, weten ze dat ze verkeerd zitten en doen ze het dan maar.

We vinden een hele leuke homestay in Ubud, in een rustige straat met heel veel poortjes die leiden naar huisjes met mooie tuinen en hindoeïstische tempeltjes. Ook onze homestay heeft een prachtige tuin en een tempel. We puffen even uit (het is hier héél erg warm) en lopen dan naar het centrum om de mail te checken. Net voordat we in de bus naar Ubud sprongen kregen we namelijk een mail van Natalia en Konrad dat zij in hun huurauto zouden springen, ook richting Ubud. Terwijl wij op zoek waren naar een internetcafé kwamen wij hen tegen, sprongen achter in hun iniemienie jeep en brachten hen naar de homestay. Er wordt thee gebracht en we kletsen lang bij alvorens we gaan eten. Hierna zitten we nog een tijd op onze veranda voordat we moe in bed ploffen.

Gisterenochtend waren we al vroeg wakker. Er staat al thee op de veranda en er komt direct iemand aanlopen om te vragen wat we willen ontbijten. Uitstekende service voor 10 euro per nacht! We ontbijten rustig en checken dan het internet. Als we terugkomen zijn Natalia en Konrad ook up and about. Ook vinden we een klein offertje op onze veranda. De Balinezen zijn erg gelovig en leggen de hele dag overal offertjes neer, zo ook op onze veranda. Het is een rieten mandje met kleurrijke bloemetjes en wat koekjes. De goden zijn ons nu vast goedgezind, dus we stappen in het huurautootje van de Duitsers. Konrad rijdt graag en trotseert het Balinese verkeer; iets wat geen van ons hem na zou doen, want het verkeer is hier echt te chaotisch voor woorden. Er mankeert ook vanalles aan de auto; voornaamste is waarschijnlijk dat de remmen het niet helemaal doen. De auto kost dan ook maar 7,50 per dag. Dat offertje hebben we wel nodig vandaag.

We rijden het drukke Ubud uit, langs kilometers van kunstige winkeltjes met schilderijen, houtsnijwerk, keukenwaar; noem het maar op. Ubud staat bekend om zijn kunstateliers en dat is tot in de wijde omgeving te merken. We laten de winkeltjes voor wat het is en rijden richting het noorden door een prachtig landschap, vol tempeltjes en groene rijstvelden. We nemen diverse kleine omweggetjes en rijden door kleine dorpjes waar iedereen nieuwsgierig kijkt en vriendelijk lacht. Omdat wij morgen het kindertehuis gaan bezoeken wat Stichting Gotong Royong steunt, willen we voor ieder kind een zeepje meenemen. Dat houdt in dat we er minstens 110 (en een paar extra voor de zekerheid) nodig hebben die we natuurlijk in lokale winkeltjes willen kopen. Zo help je tegelijkertijd de lokale middenstander aan wat extra omzet. We stoppen in een dorpje en kopen daar onze eerste 27 stuks. Ze zijn geprijsd, gelukkig, 2500 Rupiah per stuk (20 cent) wat direct de lijdraad is voor alle komende onderhandelingen. In het volgende dorpje waar we stoppen zitten de winkeldames buiten met elkaar te kletsen. We gaan naar de eerste winkel en vraag wat de zeepjes kosten. 5000 Rupiah per stuk. Ik leg uit dat dat teveel is en dat ik voor 2500 per stuk alles koop. Dat vinden ze natuurlijk geweldig. Dan lopen we naar het volgende winkeltje waar we ook de hele voorraad opkopen. Het mevrouwtje spreekt wat engels en vraagt waarom we dit doen. Ik leg haar uit dat we het kindertehuis gaan bezoeken en een cadeautje willen meenemen en ze snapt het. Als we weggaan lacht ze breed en zegt ze: ‘you are good’. Nou, dat valt wel mee hoor :)

We gaan naar het volgende winkeltje waar we de drie zeepjes van een bijdehante tante kopen die wel meer geld wil, wat ze natuurlijk niet krijgt. We trekken wel één lijn anders krijg je er maar geroddel van in het dorp. We eindigen onze zeep-expeditie in de laatste winkel in de straat. Zij heeft wel 44 zeepjes voor ons en als wij zeggen dat we er 53 nodig hebben stuurt ze direct haar man naar de markt om er nog negen te halen. Een half uurtje later zijn wij 113 zeepjes rijker, slechts ca. 25 euro armer en kunnen wij met redelijke zekerheid zeggen dat er in de hele omtrek van Payangan geen zeep meer te krijgen is. Wij hopen maar dat ze zelf nog wat hadden, anders gaat het er maar stinken :)

Na de geslaagde zeep-expeditie lunchen we en rijden we door kleine binnendoor weggetjes naar Gunung Batur. We drinken wat in een restaurant op een kraterwand en kijken uit op een prachtig kratermeer en de Batur vulkaan. Het is echt een adembenemend uitzicht. We maken veel te veel foto’s, ook onderweg, als we langzaam weer richting Ubud afzakken. Knalgroene rijstvelden, oogverblindend mooi. Om elke bocht verschijnt er weer een ander uitzicht en we stoppen dan ook continue om foto’s te maken. Onderweg worden we nog een keer door de politie aangehouden maar na een praatje en een vlugge blik op Konrad’s rijbewijs mogen we door. Ook zien we ergens onderweg nog een hanengevecht; een oude traditie op Bali. Er staat een grote groep mannen omheen die gepassioneerd naar hun hanen schreeuwen; er staat natuurlijk een hoop geld op het spel. Het is niet zo’n lekker gezicht dus we laten het maar voor wat het is. Niet ver van Ubud stoppen we nog bij een prachtige tempel waar geen toeristen zijn en waar we Sate Babi eten. We lopen een rondje, drinken wat in een stil dorpje en komen na vele fotostops eindelijk in Ubud aan. We sluiten de dag af met een drankje op de veranda en een gezellige maaltijd waarna we uitgeput weer in slaap vallen.

Als we vanmogen net na zessen de deur van onze kamer open doen staat de thee al klaar en wordt direct onze ontbijtbestelling opgenomen. Ruim anderhalf uur later worden we opgehaald door de chauffeur die Cees voor ons geregeld heeft vandaag. Eerste stop: Kantor Imigrasie.

We gaan in de rij staan om te betalen, daar komen we immers voor. Na 10 minuten wachten zijn we aan de beurt en zegt de mevrouw: ‘maar uw briefje is niet geparafeerd, u moet eerst naar loket 2!’ Adem in, adem uit. Lief blijven lachen. Bij loket 2 wordt ons briefje ingenomen en moeten we plaatsnemen. Even later worden we terug geroepen. Er staat nu een halfslachtig streepje op ons briefje. We gaan terug in de betaal-rij. We mogen wonder boven wonder betalen. Dan gaan we terug naar loket 2. Het hoge woord is eruit; we moeten dinsdag terugkomen om ons paspoort op te halen. Maar alléén tussen 13.00 en 15.00 uur. Hoe we dat gaan regelen weten we nog niet, maar dat is van latere zorg.

** Ondertussen 19 Februari 2011 **

We rijden Denpasar uit richting Tanah Lot, voor de Balinezen één van de belangrijkste tempels. Ik was er al eens geweest met zonsondergang en het is echt een mooie tempel, maar zoals bij zoveel mooie dingen in Indonesië worden er kilometers toeristenmarkten omheen gebouwd en wordt je doodgegooid met troep waar je niet op zit te wachten. Wij besluiten de tempel daarom niet met zonsondergang maar ’s morgens vroeg te bezoeken en lopen op ons dooie akkertje langs de kraampjes naar een uitzichtspunt vanwaar de tempel goed kunnen zien liggen. De tempel ligt namelijk in zee, wat het erg mooi maakt.

Na deze stop rijden we richting het noorden naar Pura Luhur Batukau. De meest sprirituele tempel van Bali maar op de één of andere manier door veel toeristen over het hoofd gezien. Gelukkig maar, want het is er heerlijk rustig, Het ligt aan een doodlopende weg zonder marktkraampjes en we kunnen er een hele tijd op ons dooie akkertje rondlopen. Het is er prachtig, de tempel ligt in een jungle-achtige omgeving en de vogels fluiten. Eén van de mooiste tempels die we tot dusverre hebben gezien.

Hierna rijden we via een tolweg verder naar het noorden. Het is een heel smalle weg die uitzicht geeft op de rijstvelden van Jatiluwih. Eeuwenoude, knalgroene rijstvelden strekken zich voor ons uit, terras na terras, strak georganiseerd. Het is wederom oogverblindend mooi, geen wonder dat ze genomineerd zijn voor de Unesco werelderfgoed lijst. We maken foto na foto na foto maar je moet er zijn, je moet het zien, je moet het ruiken. Het is prachtig.

Na deze prachtige weg bezoeken we de laatste tempel van vandaag, de Pura Ulun Danu Bratan. Deze tempel is gebouwd in de 17e eeuw en gewijd aan Dewi Danu, de godin van het water. Het is gebouwd op kleine eilandjes in een meer. Er worden ceremonies gehouden om er voor te zorgen dat alle boeren op Bali een watervoorraad hebben. De tempel is vooral heel fotogeniek. Het gaat regenen als we er aankomen maar de zon komt af en toe tussen de wolken door waardoor het licht prachtig is.

Na deze laatste tempel rijden we door naar onze eindbestemming van vandaag: Het Panti Asuhan Widhya Asih 3 kindertehuis in Singaraja. Stichting Gotong Royong speelt voor het kindertehuis een belangrijke rol. Zij hebben meerdere gebouwen opgeknapt maar betalen op dit moment ook de opleidingen van alle 110 kinderen van 7 tot 21 jaar. We worden ontvangen door één van de medewerkers, een jongen die ook in het tehuis is grootgebracht, die ons een rondleiding geeft over het terrein. We zien de keuken, de aula, het jongenshuis met badkamers, het meisjeshuis met badkamers, de bibiliotheek, de kapel, de internet-hoek-in-aanbouw. Ook zien we kinderen batik- en thee maken; de kinderen kunnen uit diverse naschoolse actviteiten kiezen, waardoor zij niet één vak leren maar kunnen proeven van verschillende beroepen, zodat zij een betere keus kunnen maken als ze klaar zijn met school.

Bij een welkomstdrankje wordt ons trots verteld welke gebouwen door Gotong Royong zijn neergezet en er hangen doeken aan de muur met dankberichten aan de stichting. Terwijl wij over het terrein lopen komen er kinderen van alle leeftijden naar ons toe om zich voor te stellen. Dit doen ze keurig in het Engels. Ze hebben stuk voor stuk een grote lach op hun gezicht. We worden voorgesteld aan Yohanes, de directeur van het kindertehuis. Hij schudt ons de hand, bedankt ons voor onze donaties en drukt ons op het hart hoe belangrijk Gotong Royong en de sponsors in Nederland voor het tehuis zijn.

Hierna worden we naar onze bungalow gebracht. Het is een prachtige kamer op palen, met een eigen buitenbadkamertje. Vanaf onze kamer kijken we over de rijstvelden van de buurman, die met een lepel en een pan de vogels uit zijn veld probeert te schrikken, wat een hilarisch gezicht is. We gaan even een half uurtje liggen, douchen en gaan dan eten. Als wij aan komen lopen zitten de kinderen al keurig aan twee lange tafels te eten. We krijgen rijst, groenten en tempeh met noten, erg lekker. Terwijl wij nog eten zijn de kinderen klaar en doen hun gebed; een interessante gewaarwording omdat 75% van de kinderen Hindu is maar in het Christelijke tehuis een ander geloof leren. Mooi om te zien, het maakt niet uit waar je in gelooft, het kan samen gaan. Wat ons direct opvalt is hoe georganiseerd alles is. De kinderen zélf zijn heel georganiseerd en gediciplineerd. Er wordt keurig gegeten, gebeden en afgeruimd en iedereen weet zijn taak. Na het eten gaat iedereen verder met waar hij of zij mee bezig was. Wij wandelen wat over het terrein en rusten wat uit in onze bungalow; het was een lange dag.

Tegen 20.00 uur komt Cees ons halen en lopen we samen naar de aula van het tehuis. Er is een welkomceremonie speciaal voor ons. Het wordt gepresenteerd door twee meisjes die goed engels spreken. Eerst zingen de meiden die op de senior highschool zitten een paar mooie liederen voor ons. Hierna volgt er een dankwoord aan ons en mogen wij op het podium en bedanken wij hén voor hun gastvrijheid. Dan komen de jongens op die prachtige muziek maken met grote trommels, er wordt ook bij gezongen. Eén van de oudere meiden danst traditionele Balinese dans en één voor één roept zij medescholieren maar ook ons op het podium voor een dans. Dit zorgt voor hilarische taferelen onder de kinderen, want die willen natuurlijk niet. Wij laten ons niet kennen en dansen gewoon gezellig mee. Aan het eind van alle zang en dans zegt Yohanes een gebed wat wordt afgesloten met een gezongen gebed door de kinderen. Het is een prachtig lied en we krijgen er kippenvel van.

Hierna gaan de kinderen hun eigen gang; het is weekend en ze kijken samen tv. Wij maken kennis met een meisje wat Cees én ons komt bedanken. Zij heeft onlangs te horen gekregen dat zij naar de universteit mag, gesponsord door Stichting Gotong Royong. Niet iedereen kan zomaar naar de universiteit. Zoals bij elk project moet er goed worden overwogen of iemand geschikt- en genoeg gemotiveerd is om aan een dergelijke opleiding te mogen deelnemen. Dit meisje heeft dat dubbel en dwars gedaan door hard te werken het afgelopen jaar. Ze heeft o.a. de taak op zich genomen om voor alle kinderen op zeer efficiënte en georganiseerde wijze nieuwe uniformen aan te meten, te bestellen en binnen no-time de kinderen hun nieuwe kleren te geven. Haar motivatie en manier van werken hebben Yohanes en de stichting laten zien dat ze slim is en heel erg graag wil studeren. Het was heel indrukwekkend om te zien hoe blíj dit meisje is met de boodschap dat ze mag gaan studeren. Ze stond met tranen in haar ogen en het enige wat ze kon zeggen, met een grote lach op haar gezicht, was: ‘I’m so happy! I’m so happy! I don’t know how to express myself, I’m so happy!!’ Geweldig om te zien.

Wij praten nog een tijdje na met Cees over de afgelopen twee weken, die voor ons één van de meest indrukwekkende weken tot nu toe zijn geweest. Alle mensen die we hebben ontmoet, de hartelijkheid, de lachende gezichten. Maar ook de moeilijke, schrijnende momenten die ons doen beseffen wat voor een rijkdom wij in Nederland allemaal hebben. En hoe schrikbarend eenvoudig het is een heel klein beetje van onze rijkdom af te staan om andere levens zoveel beter te maken, mensen een toekomst te geven. Wij moeten alles de komende tijd nog een beetje een plaats gaan geven. We nemen afscheid van Cees en vallen in een diepe slaap op het moment dat ons hoofd het kussen raakt.

De kinderen staan om 05.00 uur op voor ochtendgymnastiek, gebed, klaarmaken voor school en ontbijt. Ons wordt dat tijdstip bespaard en om 07.30 schuiven wij aan voor het ontbijt; rijst, kipsaté, groenten, tempeh en maïshapjes. Het is rustig om ons heen. De meeste kinderen zijn naar school, ook op zaterdag gaat dat door. Er lopen nog wel wat ouderen kinderen rond die zich met allerhande taken bezighouden, de was doen bijvoorbeeld. De ochtend hebben we ter vrije besteding. Ik ben, ondanks dat ik zojuist negen uur geslapen heb, heel erg moe en doe fijn nog een paar uur een tukje. Dit lukt aardig ondanks dat de buurman weer met zijn pan en pollepel in het rijstveld zit. Edwin leest wat, loopt wat rondjes, bekijkt de voetballende jongeren en maakt eens een praatje met Yohanes. Om 12.00 uur lunchen we nog eenmaal een heerlijke maal van de kokkin van het tehuis waarna we afscheid nemen en door één van de medewerkers naar Lovina worden gebracht, wat niet ver van het tehuis in Singaraja is. We zijn nogal moe. Enerzijds geeft Indonesië ons energie en willen we steeds maar méér zien van het land; anderzijds zijn we gewoon heel erg moe van alle indrukken. Wij zijn ook alweer anderhalve maand op pad sinds ons vertrek uit Bangkok. We gaan een paar dagen niks doen.

We wisten van te voren niet wat we konden verwachten van ons bezoek aan het kindertehuis. Hoe alles in zijn werk zou gaan en wat onze rol daarin was. Het feit dat je je eigen bungalow krijgt als je een bezoek brengt, zorgt ervoor dat het een heel toegankelijke manier is om eens kennis te maken met een dergelijk project. Wat ons opviel is dat iedereen gewoon zijn eigen gang ging en wij als ‘vlieg op de muur’ een kijkje konden nemen in hun leven. Wij vinden het heel bijzonder dat het tehuis op deze manier een kijkje in hun leven heel toegankelijk maakt en er tegelijkertijd wat mee verdient; inkomsten die direct weer worden besteed aan de kinderen. Voor iedereen die geïnteresseerd is in het tehuis of zelf bij een toekomstig bezoek aan Bali een bezoek wil brengen aan het tehuis; kijk op www.Gotong-Royong-Utrecht.nl. Ook voor al uw donaties natuurlijk :-) :-) :-)

  • 20 Februari 2011 - 16:08

    Femy :

    Wij hebben weer genoten van jullie mooie verhalen en foto's. We zijn weer helemaal bij met jullie verslagen, we liepen er bijna 4 achter. Indonesie is zo mooi en puur. Wij zijn 11 jaar geleden op Java geweest. Java staat bij ons nog steeds in de top 3 van mooiste bestemmingen. Mochten jullie tijd over hebben op Bali dan is Uluwatu helemaal in het zuiden nog een leuke bestemming en dan op de terugweg goedkoop vis eten op het strand van Jimbaran. From Kockengen with love!

  • 21 Februari 2011 - 08:38

    Mineke:

    Wauw, mooie verhalen hoor! Succes bij Kantor Imigrasie...

  • 21 Februari 2011 - 13:10

    Gerrit:

    Ik moet me inhouden om niet gelijk te boeken.
    Wat is het toch een heerlijk eiland.
    Het eten, de vriendelijkheid, de natuur.
    Wouw zelfs na drie keer wil ik nog wel weer een keer.
    Lekker genieten groetjes

  • 22 Februari 2011 - 12:18

    Gerda:

    Hele mooie foto's en kippevelmomenten
    bij het lezen van jullie verslag.
    Maar ja, ik zit ook boven op zolder in de kou te lezen.
    Nou, ik hoop dat het offermandje jullie nog heel veel
    geluk zal brengen, maar daar twijfel ik niet aan.
    Groetjes uit Harmelen.

  • 22 Februari 2011 - 16:13

    Cees:

    leuk verslag !! jullie laveren als ervaren indonesie-gangers langs de valkuilen van de schaduwkant ..met humor en gepaste gelatenheid, dank voor de promo !! de blom heet: kembang sepatu of gewoon hybiscus (ook wel de chinese roos genoemd) ... maar die prijsvraag was te gemakkelijk ..als je nu had gevraagd hoe die vlinders heten ... ja dat was dan een stuk lastiger geweest ... toevallig weten we het .... de eerste heet Henk en de twee Claartje ...:-) ... enjoi saja !!!

  • 22 Februari 2011 - 21:33

    Marga:

    De bloem: Hibiscus - Wikipedia Hibiscus is een geslacht van circa 200 tot 220 soorten bloemplanten uit de familie Malvaceae, dat van nature voorkomt in mediterrane, subtropische en ...
    Maar ik lees nu dat we niet de eerste prijs hebben...

    De andere rose bloemen zijn van de bougainvillestruik.

    Wat een SCHIT-TE-REN-DE foto's hebben jullie weer gemaakt. Ik weet het nu zeker: Java en Bali zijn the places to be!

    Liefs en groeten, J&M

  • 23 April 2012 - 15:58

    Rob Bavelaar:

    Hi Edwin & Lisette,

    Heerlijk om te lezen. Wij hebben dezelfde ervaring en hebben plannen om weer naar Yohanes te gaan as. sept/okt.

    Bedankt,

    Rob

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Indonesië, Batavia

Edwin en Lisette

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 604
Totaal aantal bezoekers 323254

Voorgaande reizen:

23 Augustus 2010 - 28 Augustus 2011

Wereldreis!

Landen bezocht: