Irkutsk-Ulaanbaatar, 8960 km
Door: Lisette
Blijf op de hoogte en volg Edwin en Lisette
16 September 2010 | Mongolië, Ulaanbaatar
Het leek wel een scène in een oude film vanmorgen op het perron. Het was 04.45 uur en nog donker toen de ‘officiële’ Trans-Mongolië Express, Trein 4, kwam binnenrijden op het station in Irkutsk. Grote rookpluimen van de kolenkachel in het licht van de stationslantaarns, groene, Chinese rijtuigen en chinese, mannelijke provodniks. We hadden vannacht om precies te zijn 3,5 uur geslapen. Gisterenavond zijn we nog met zes andere hostelgenoten gaan eten in een vaag Russisch restaurantje en tegen middernacht probeerden we wat te gaan slapen. De wekker ging om 4 uur, 4 uur te vroeg! We namen samen met een Portugees meisje een taxi naar het station alwaar we in de trein naar Ulan Bator stapten.
We reizen 2e klas dit keer. 1e klas was vol toen we dat wilden boeken en nu hebben we een 2e klas coupé voor alleengebruik. Dat houdt in dat er verder niemand in de coupé zit. Dat is vrij uitzonderlijk hebben we wel gezien; onze coupé is de enige met een 2-persoonsbezetting, alle andere coupé’s zitten stampvol. De lege bedden in onze coupé zijn wel gewild en we beschermen onze coupé dan ook met ons leven. Onze Mongools/Chinese buurman die onderweg instapte keek vanmiddag naar binnen en dacht: ‘da’s een lekker bedje voor mij’. Ik wist hem echter met drie gebaren duidelijk te maken dat wij voor alle vier de bedden betaald hebben en, hoe schattig, hij bood direct zijn excuses aan.
Deze Chinese trein is niet zo mooi als de luxe Russische treinen die wij eerder hebben gehad maar het voldoet prima (op de wc na :)). Vanmorgen eerst een paar uur geslapen en toen het licht werd genoten van het uitzicht op het Baikal meer. We hebben ruim twee uur langs het meer gereden en dat was slechts een klein hoekje van het meer; dat geeft wel aan hoe ongelooflijk groot het is. Vanmiddag veranderde het landschap naar een leeg steppe landschap. Veel grassige begroeiïng, heuvels in de verte, hier en daar een meertje. Heel erg mooi en rustgevend om naar te kijken.
Op dit moment staan we al bijna drie uur stil bij de Russisch-Mongoolse grens, aan de Russische kant. Er kwamen toenstraks twee ‘Allo Allo’ look-a-like dames de coupé binnenwandelen en zij namen ons paspoort in en gaven die aan een meneertje die met hen meeliep, een soort sloofje. We hebben wat over het perron gewandeld en Edwin heeft onze laatste roebels opgemaakt door nog wat drinken en chocola in te slaan. Zojuist werd iedereen terug de trein in gefloten, moesten de ramen dicht en moest iedereen in zijn coupé gaan zitten. Men kwam met een snuffelhond langs en nu wachten we nog op de paspoorten en vullen we vast de douane-papieren voor Mongolië in. Daar zullen we hoogstwaarschijnlijk ook nog drie uur aan de grens stilstaan. Op zich niet zo heel erg, al houdt dat ook in dat we niet naar de wc mogen, en na een uur of drie moet je toch een keer. Dat wordt nog even billenknijpen dus :)
Oh, we krijgen zojuist de paspoorten terug van één van de Allo Allo dames. Ook kwam er een nogal gezette, Russische man ons coupé inlopen die ons commandeerde op te zouten. (Nee, ik spreek nog steeds geen Russisch, maar ik weet zeker dat dat de enige correcte vertaling kan zijn van dat gesnauw) en die ons hele coupé overhoop haalde voor het geval we van plan waren een Rus illegaal het land uit te smokkelen. Gelukkig had die zich niet in onze coupé verstopt.
12 September 2010, Mongolië, Ulan Bator, 8960 km
Terwijl we in het donker doorreden naar de Mongoolse grens, stonden er militairen langs het spoor die salueerden naar de trein. Ook kwam er nog een Mongoolse douane dame het rijtuig inraggen die heel hysterisch begon te roepen en te schreeuwen dat we in onze coupé moesten gaan zitten en niet mochten fotograferen maar daar leek geen van onze medereizigers zich iets van aan te trekken. Even later stopten we op een station in Mongolië en kwamen de douane-beambten ons rijtuig in. De paspoorten werden ingenomen en dat ze teruggebracht werden heb ik niet meer meegekregen want ik viel al snel in slaap. Ik heb nog net tegen Edwin gezegd ‘Als ik nog iets moet doen moet je het maar zeggen’ (bijvoorbeeld net zo lief lachen naar de douane-beambte als op mijn paspoortfoto) maar gelukkig kon ik lekker blijven slapen. Ondertussen zou je denken dat er nog een uur extra tijdsverschil met Nederland bij zou komen maar tot verwarring van zo’n beetje iedereen is het in Ulan Bator een uur vroeger dan in Irkutsk. In plaats van 7 uur tijdverschil, hebben we er nu 6 (?).
Vanmorgen om 5 uur stond onze aso-chinese provodnik letterlijk aan onze deur te duwen en te trekken. We hadden het pas na een tijdje door omdat hij niet klopte, maar stond te duwen en te trekken. Dat is vast chinees voor kloppen. Het was nog donker buiten toen we wakker werden en toen het licht werd, werd het Mongoolse landschap langzaam zichtbaar. Dat bestaat voornamelijk uit niks. He-le-maal niks. Nou ja, licht heuvelachtige, zand-met-wat-gras-achtige grond. We reden de buitenwijken van Ulan Bator binnen die heel lang duurden, het is een heel uitgestrekte stad. Hier en daar stond een ger tent, tussen de rommel, flats en industrie. Niet héél aantrekkelijk. Bij aankomst werden we opgewacht door personeel van het Golden Gobi Guesthouse die ons naar het hostel brachten en ons op een bank neerplantten met koffie, thee en brood met jam. Héél fijn na zo’n treinreis! Omdat we de kamer nog niet in konden hebben we eerst een bezoek gebracht aan de Gandantegchenling Monastery. Dit is een boeddhistisch klooster met diverse tempels. Het was best raar om er doorheen te lopen want ineens realiseer je je dat we écht in Azië zijn. In Rusland leek alles nog zo Europees, maar nu lopen de monniken om ons heen en horen we ze verzen oproepen en muziek maken. Heel mooi om te zien. Er was ook een tempel met een heel groot, gouden boeddhabeeld van wel 26,5 meter hoog. Er stonden veel mensen te bidden en er werd wierook gebrand. Een mooi en rustig begin van een lange, warme dag. Na dit bezoek zijn we teruggelopen naar het hostel en kwamen we Rob en Wendy nog tegen. Morgen zien we ze weer als we drie dagen in een Ger tent gaan slapen in Terelj National Park. Na een douche en wat gerelaxt te hebben zijn we een rondje door Ulan Bator gaan lopen. Het is hier heel erg warm. Een graad of 33, en de zon brandt flink. Er is veel smog. Ulan Bator is niet echt moeders mooiste stad. Veel stoepen ontbreken of bestaan uit zand. De winkeltjes en restaurantjes zijn een onoverichtelijk, rommelig geheel. Het verschil tussen rijk en arm is enorm. We zagen een dametje die het geld jatte van een zwerver met een kindje. Terwijl de zwerver achter de dief aan rende hebben wij het kindje een briefje van 1000 dinges (ca. 70 cent) gegeven. Het kindje was hooguit 2 jaar oud, door en door vies en had alleen een paar vodden aan. Even verderop zit het ‘State Department Store’, een luxe warenhuis waar je kleine kindjes in lakschoentjes verveeld aan de hand van pa of ma ziet lopen. We weten het, dit zie je overal, maar straatkinderen gaan je nou eemaal aan het hart.
De Mongolen zijn trouwens een interessant volk. Ze hebben wat van de Russen en wat van de Chinezen. Uiterlijk zien ze er chinees uit, roggelen, halen hun neus ranzig op en spugen. Verder lijken ze heel ongeïnteresseerd en zitten ze veel in auto’s die her en der geparkeerd staan, dat doen ze in Rusland ook. Ze lijken wel iets minder met uiterlijk vertoon te hebben, al zie je hier ook grote auto’s en af en toe wat tuttebellen op hoge hakken.
Morgen vertrekken we naar het binnenland voor 3 dagen. Hier zullen we slapen in een ger tent, een traditionele ronde, mongoolse nomadentent. We zullen waarschijnlijk gaan paardrijden en wandelen, we zien wel wat er allemaal op ons pad komt.
De quote van de dag komt van Edwin (zuchtend, moedeloos kijkend): ‘Ik voel me een opa en dan moet ik nog gaan paardrijden’.
Hij is maar even een tukkie gaan doen.
13 September 2010, Terelj National Park
Lisette aan Edwin: ‘voel je je nu meer opa dan gisteren of minder?’
Edwin aan Lisette: ‘dat kan je me beter morgen vragen, dan kan ik het beter beantwoorden’.
We zijn vandaag gaan paardrijden. Ed en Liset op een paard door Mongolië. Laat ik bij het begin beginnen. We werden vanmorgen na het ontbijt opgehaald door Bert zijn chauffeur en naar het hotel van Rob, Wendy, Cor en Marian gebracht. Het zoontje van Bert was mee, die zowel Nederlands als Mongools spreekt. Bert is een Nederlandse man, getrouwd met een Mongoolse vrouw. Wij verblijven in zijn ‘ger kamp’ in Terelj National Park. Het National Park ligt ongeveer 80 km ten noord-oosten van Ulan Bator. De rit ernaartoe duurde ongeveer 2,5 uur. Het eerste uur van de rit zagen we nog voornamelijk veel buitenwijken van Ulan Bator, daarna werd het landschap steeds leger en leger. Onderweg kwamen we hopen stenen tegen met daarop gekleurde vlaggen, zogenaamde ‘ovoo’s’. Traditioneel moet je elke keer als je een ovoo tegenkomt 3x linksom de berg lopen en iets ‘offeren’, dit mag bijvoorbeeld een steentje zijn. Dit brengt geluk voor de rest van de reis. Aan het eind van de rit reden we nog door wat flinke rivieren en toen kwamen we aan bij het kamp. Het ligt in een vallei, aan de rand van een dorp, maar dat stelt niet meer voor dan een paar ger tenten en paarden en wat mensen erbij. Verder is het helemaal leeg, maar het is hier prachtig. Eerst hebben we heerlijk salade en tosti’s geluncht (Bert’s vrouw kookt Nederlands. Toegegeven, niet heel avontuurlijk maar we vinden het stiekem wél veel lekkerder dan Yak-teelballen :)) en daarna zijn we gaan paardrijden.
Ik had het paard ‘voor degene die het bangst is voor paarden’. Het was één en al sloomheid en niet vooruit te branden, maar Wendy d’r paard bleek al gauw nóg slomer; die liep alleen als die van mij liep. Edwin zijn paard was het actiefst, maar nog steeds een luie donder. Hij liep steeds een stuk vooraan zodat ‘ie af en toe stil kon staan om wat te eten. Als de rest dan in de buurt kwam hobbelde ‘ie gauw weer verder. De tocht was werkelijk prachtig. We reden door rivieren (natte voeten!) en door het prachtige, groene heuvellandschap. De middagzon verlichtte de bomen prachtig. De herfst is begonnen en veel bomen kleuren al geel. Ook roken we op de bospaden de frisse herfstlucht al. Na een tijdje geklommen te hebben, hebben we de paarden vastgezet en zijn we te voet de heuvel opgeklommen. Wat een geweldig uitzicht. En oh wat fijn voor ons achterwerk om even van het paard af te zijn. Want: paardrijden doet pijn aan je kont! Na de wandeling de heuvel op kregen Wendy en ik een stok om het paardje af en toe een beetje aan te sporen, maar zelfs dat hielp niets. Af en toe joeg de gids de paarden een beetje op, omdat ze zo ontiegelijk sloom waren en niet vooruit kwamen. Dat resulteerde in af en toe een drafje, dat was nog best geinig. Ed zijn paard liep redelijk door, alleen wist Ed niet waar de rem zat. De paardjes deden gewoon waar ze zin in hadden en wij lieten dat gedwee over ons heen komen. Een heerlijke tocht en een heerlijke dag!
Na de prachtige rit hebben we een biertje gedronken en heerlijk gegeten; aardappels, bloemkool, rollade en salade. Oh, en er was ook jus en appelmoes. Raar maar waar. Na het eten zijn we met z’n allen bij het kampvuur gaan zitten en nu zijn we verkast naar onze ger. Vanmiddag was het heerlijk weer, het is nu steenkoud buiten. Een dame van hier heeft ons kacheltje opgestookt in de ger en het is hier nu bloedjeheet. We gaan zo nog een keertje het toilet opzoeken en wat hout op het vuur gooien. Daarna heerlijk slapen en op naar een nieuwe dag in de prachtige Mongoolse natuur.
14 September 2010, Terelj National Park
Vannacht werd ik om 04.04 uur wakker. Het was heel erg koud. Ik pakte een extra deken en probeerde weer in slaap te komen maar het lukte niet. Het flitste, onweerde en regende. Op een gegeven moment werd ik de kou zat en heb ik een vuurtje gemaakt in de kachel. Edwin werd toen ook wakker en na een kort toiletbezoek hebben we weer geprobeerd te slapen. Dat lukte me alleen niet, omdat ik vanaf mijn bedje alleen maar vol trots naar het vuurtje in de kachel kon staren. Die had ik tot mijn eigen verbazing toch maar even aangekregen!
Gelukkig toch nog een paar uur geslapen en tegen 9 uur ontbeten. Na het ontbijt gingen de mannen voetballen met het zoontje van Bert en al gauw werd het veel warmer, eerst ging de jas uit, toen de trui en uiteindelijk hebben de mannen zelfs nog een beetje ‘gebadderd’ in de rivier. Na al deze gezelligheid zijn we een stukje gaan lopen en om 1 uur hebben we heerlijke soort van pizza- en worstenbroodjes geluncht. Na de lunch zijn we met Bert in de oude Russische bus gestapt en een stuk door Terelj National Park gaan rijden. Het is nogal ruw terrein hier. Het landschap is open en in feite rij je waar je zin hebt, al is er hier en daar wel een autospoor. Maar als de chauffeur dat niks vindt, maakt ‘ie gewoon een nieuw spoor. Af en toe kom je een kudde geiten of yaks tegen. We zijn door heel wat rivieren gereden en de auto ging af en toe zo scheef dat rechtop zitten geen optie meer was. Eén keer kwam het water bijna tot aan het raam en toen liep het ook de auto in. Maar dat vinden we natuurlijk alleen maar leuk! :) We zijn naar een uitzichtspunt gereden en hadden prachtige vergezichten over het Mongoolse herfstlandschap.
Nu zijn we weer terug in onze ger en regent het. Oma kwam langs met de kruiwagen en heeft een berg hout in de ger neergegooid. We hebben de kachel weer aangemaakt en we kregen nog een heerlijk kopje groentensoep in de ger geserveerd. Wat een heerlijk, rustig leventje zo.
We gaan nu lekker even lezen en relaxen tot het diner. Hopelijk wordt het straks weer droog en kunnen we nog een kampvuur maken vanavond.
Lisette aan Edwin: ‘hoe is het nu dan, opa?’
Edwin aan Lisette: ‘goed hoor, ik voel me geen opa meer. Ik heb zelfs kunnen voetballen vanmorgen, maar ik was wel snel moe’.
Mijn knappe, paardrijdende, in de koude rivier badderende voetballer ;-)
15 September 2010, Terelj National Park
Gisteren hebben we i.v.m. het gure weer met z’n allen in een ger gegeten. Dat was heel gezellig en zoals altijd, meer dan genoeg. We kregen biefstuk met aardappelen en groenten, dat zal voorlopig wel de laatste keer zijn. Morgen in Ulaanbaatar maar eens proberen Mongools te eten.
Wij kregen gisteren ons kacheltje niet aan. We hadden geen aanmaakkarton en hout meer, alleen houtblokken. Na een uur pielen hadden we het eindelijk voor elkaar. Ik denk dat er wel 8 blokken hout op lagen toen we gingen slapen, maar dat is zo opgebrand. Om half 2 werd ik wakker en zag ik dat Edwin weer bezig was de kachel aan te maken. Nog steeds zonder aanmaak karton- en hout, en wederom duurde het een uur voordat het wilde branden. Op een gegeven moment hadden we zoveel rookontwikkeling dat we zelf buiten in de kou moesten gaan staan met de deur van de ger open omdat het binnen he-le-maal blauw stond. Hahaha, Hepie en Hepie op het Mongoolse platteland! En we hadden het kóud! Toen we ‘m eenmaal hadden branden heb ik al het hout erop gegooid wat ik kon vinden, waardoor het vervolgens tropisch heet werd in de tent. Ik heb het in ieder geval niet meer koud gehad, Edwin wel. Zijn bedje staat precies aan de kant van de ger waar de wind erop staat en aangezien een ger heel veel tochtgaten heeft, gaat ‘ie vanavond ons derde, onbemande bedje aan de andere kant maar eens proberen.
Vanmorgen gelukkig weer een stralende blauwe lucht én een zonnetje, hoera! Het weer kan hier in heel snel tempo compleet omslaan. Er lopen hier op het terrein allerhande dieren rond; koeien, paarden, yaks, een varken. Er is een grote gietijzeren bak met een kraantje erboven waar wij met water uit de rivier onze handen wassen en waar wij onze tanden poetsen. Wij vermoeden dat de koe de oorzaak was van de enorme vlaai naast onze tandenpoetsbak vanmorgen. Er is namelijk één koe die het heel fijn vindt om ons handenwas- en tandenpoets water te drinken. ’s Nachts wil dat nog weleens spannende situaties opleveren als we naar de wc gaan en we allemaal vage geluidjes horen. We hebben zelfs het vermoeden dat de koe afgelopen nacht in het toilet is geweest. Daar is ook lekker water te vinden natuurlijk. Het vermoeden is ontstaan omdat het vanmorgen ondefinieerbaar vies schijnt te zijn geweest op het toilet, gelukkig wordt dat dan rap schoongemaakt.
Onze lampjes zijn lang niet toereikbaar voor het donkere terrein. Het is hier ’s nachts pikkedonker. Soms hoor je ineens geblaas of geknor naast je maar zie je niks. Gisteren zagen we alleen de ogen van één van de honden in het donker. Vanuit de ger horen we o.a. paarden en het geknor van het varken; op dit moment komt er iemand voorbij galopperen. Ook vinden we interessante zaken op het terrein. Zoals een dode marmot, ze hebben hier veel marmotten en marmottenholen in Mongolië. Ook vonden we eens een been met een poot eraan. Van een koe of een yak denk ik. Ik denk dat de honden dat ook overal vandaan halen en meeslepen. Men maakt het terrein wel schoon dus het blijft nooit lang liggen.
Vanmorgen na het ontbijt hebben we Cor en Marian uitgezwaaid. Daarna met Rob en Wendy een uur of drie gaan wandelen. Er loopt een rivier niet ver van ons gerkamp en er zijn heel veel zijtakken aan die rivier. We zijn hier meerdere keren doorheen gelopen; best koud met een watertemperatuur van ca. 5 graden! Het water is heel helder en de kou doet pijn aan je voeten maar als je dan weer aan de kant staat gaan je voeten tintelen als ze weer opwarmen. Na ongeveer 10 keer door de rivier te zijn gelopen (soms tot wel boven de knieën) is het nog best lekker ook! En we hebben in ieder geval onze voeten weer een beetje gewassen, dat was ook wel nodig na een paar dagen zonder douche :). Het landschap in Terelj National Park is prachtig, de herfstkleuren en de zon op de bomen, de yaks en paarden hier en daar. Echt heel mooi.
Vanmiddag hebben we heerlijk in de zon gezeten en een boekje gelezen. Af en toe komt het varken voorbij knorren en net kwam er zelfs een paard mét wagen langs de tent sjorren. Ook schieten de honden soms ineens extreem in de stress als er in de verte een paar paarden aankomen. In Mongolië kan het allemaal! Morgen vertrekken we weer naar Ulaanbaatar en vrijdagochtend vertrekt onze trein naar Peking. De laatste etappe van de eerste etappe van onze wereldreis; de tijd is omgevlogen! Bovenal zijn we blij dat we na dit geweldige deel van de reis nog niet naar huis hoeven, wat normaal wel het geval is na een week of drie. We genieten elke dag en kijken uit naar de nieuwe avonturen die we in China gaan beleven. Maar eerst nog even genieten van onze laatste momenten in het bijzondere Mongolië.
Oh ja, wat ons verder nog opviel in Mongolië:
- Ze hebben hier heel veel ruimte;
- Ze hebben hier op het platteland heel, HEEL veel koeien/paarden/yak vlaaien liggen;
- Yaks zijn mooie dieren, hun kapsel komt in vele soorten en maten;
- De honden zijn hier nogal beschermend over het terrein waar ze op leven en blaffen de longen uit hun lijf als er iets of iemand in de verte nadert;
- Iedereen kan paardrijden. Het dochtertje van Bert, Elisabeth van anderhalf jaar oud, hebben we ook al op een paard gespot, al was het samen met een volwassene;
- Ze kennen hier geen gordels en kinderstoeltjes op een paard;
- Het gebrek aan comfort in een ger wordt ruimschoots goed gemaakt door de romantische ambiance van de kaarsjes en de houtkachel (als deze aan wil tenminste);
- Je krijgt heel veel spierpijn in Mongolië. Waarschijnlijk van de combinatie paardrijden, wandelen, het ruige terrein waardoor je door de hele auto wordt geworpen, het springveren matras (maar hé, we hebben tenminste een matras), de piepkleine krukjes en tafeltjes waar we aan eten, de mini-voordeur van onze ger of het eindeloos hangen boven de kachel totdat deze aan wil;
- Het kan op één dag heel warm én heel koud zijn in Mongolië;
- Wij. Haten. Kou. HATEN. Kou.
- Alle kindjes in Mongolië hebben een mooi uiterlijk;
- Er wonen 3 miljoen mensen in Mongolië waarvan 1 miljoen in Ulaanbaatar;
- Deze stad barst uit zijn voegen omdat iedereen hierheen komt voor werk en daar zijn de woningen en het electriciteitsnet niet op berekend;
- Ze hebben in Mongolië ‘normaal’ schrift maar in Ulaanbaatar zie je ook veel Russisch schrift op de winkels etc.;
- De kinderen leren op school Mongools, Engels, Chinees, Russisch en Japans;
- Dat vinden wij heel knap;
- Heel veel Mongoolse studenten krijgen een beurs voor een universiteit in het buitenland. Helaas keren veel van hen niet terug en zo vloeit de kennis alsnog weg;
- Het is mogelijk om in Mongolië heerlijke Nederlandse maaltijden te eten. Raar maar zeker waar;
- Mongolië is een heel goedkoop land. Zo betalen wij voor een 2-persoonskamer met douche en toilet in een hostel USD$ 11,50 p.p. en een volledige maaltijd heb je al voor 2 euro 50;
- Het kleinste briefgeld is hier 3 eurocent waard;
- Mongolië is niet te vergelijken met welk land dan ook waar we geweest zijn en een bezoek meer dan waard!!
P.s. Check de foto’s & fimpjes! Het eerste filmpje is genomen uit de trein rijdend naar de Russische grens, het tweede vanaf het paard van Edwin en het derde in Terelj National Park.
-
16 September 2010 - 13:19
Wendy:
- Het is mogelijk om in Mongolië heerlijke Nederlandse maaltijden te eten. Raar maar zeker waar;
OF:
In Nederland eten wij gewoon altijd Mongools eten:-)...
Wat een heerlijk verhaal weer...Het is net of we een beetje meereizen:-)
Superfijn om te lezen dat jullie zo enorm genieten...Vooral doorgaan zou Barry Stevens zeggen hihi...
Dikke zoen vanuit een koud en nat landje een paar duizend km verderop (of terug, tis net hoe je het bekijkt;-))
xxx -
16 September 2010 - 17:05
Rob:
Edwin, ik heb Martin Jol gebeld en hem op de voetbalvideo gewezen. Als je terugkomt ligt er een contract voor je klaar als middenvelder bij Ajakkes.
Gr. Rob -
16 September 2010 - 17:52
Marga:
Prachtig verhaal, schitterende foto's. Onlangs fietste ik in de buurt van Otterloo en wat denk je wat: aan de rand van een landweggetje een terrein met ongeveer 10 ronde Mongoolse tenten..Jaja, die kun je huren voor een familieweekend of zoiets....dus we hoeven niet persé naar Mongolie om de sfeer van de Ger te proeven. De Veluwe is ook mooi maar haalt het natuurlijk niet bij het Terelj NP. Liefs, JenM -
16 September 2010 - 18:26
Christianne:
Jeetje, Nederlands eten in Mongolië...?? Waren jullie het buitenlands eten nu al zat? Haha.
Wat een mooie foto's. Vooral die met die slome paardjes. Ik zie het al helemaal voor me!
Dikke knuffel. -
17 September 2010 - 05:49
Jo&Bas:
Cool, die monniken die die auto staan te poetsen. Moeten zich dus ook af en toe met wereldse zaken bezighouden :-) Terelj ziet er waanzinnig mooi uit. Heel gaaf dat jullie paard hebben gereden! En lekker van rollade en biefstuk hebben kunnen genieten voordat de rijst-marathon begint :-)
xxJ,B,E -
17 September 2010 - 06:48
Mineke:
Wauw... een landschap met NIETS! Kunnen we dat hier ook ergens aanleggen?
Dank weer voor het mogen meegenieten door jullie mooie verhaal! Geniet van wat je vandaag gaat doen!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley