Gyantse, Shigatse en Mount Everest Base Camp - Reisverslag uit Amsterdam, Nederland van Edwin en Lisette - WaarBenJij.nu Gyantse, Shigatse en Mount Everest Base Camp - Reisverslag uit Amsterdam, Nederland van Edwin en Lisette - WaarBenJij.nu

Gyantse, Shigatse en Mount Everest Base Camp

Door: Lisette

Blijf op de hoogte en volg Edwin en Lisette

30 September 2010 | Nederland, Amsterdam

26 September 2010, Tibet, Gyantse, huidige hoogte: 3980 meter

Na ons oude-cake-met-jam-ontbijt zijn we vanmorgen om 08.30 uur vertrokken. De eerste stop was de apotheek, of, zoals dat er hier uitziet, een winkel met veel glas en glimmende tegels met een winkelbediende in een witte jas. Reden van deze stop was de gigantische hoofdpijn die ik vannacht had toen ik rond 5 uur wakker werd. Ik kon op een gegeven moment niet meer liggen, alleen als ik ging zitten werd het minder. Ik heb toen heel wetenschappelijk geconcludeerd dat je zittend vast meer zuurstof binnen krijgt dan liggend. Enfin, Dickey, onze gids, vond het verstandig pillen tegen hoogteziekte te halen en dat leek mij ook een goed idee. Ik heb de duurste maar genomen (5 euro voor een doosje) en ik heb nu twee dozen met chinese tekens en een half vage engelse vertaling. Edwin doet gezellig met me mee.

Na deze stop vertrokken we uit Lhasa. We reden over een mooie weg langs de Lhasa River, met aan weerskanten bomen in groen-gele herfstkleuren. Op de achtergrond zie je hier overal de bergtoppen en de lucht is scherp blauw, met hier en daar een wolk. Al snel zagen we de eerste pelgrims langs de weg. Plat op hun buik, opstaan, een meter vooruit lopen en weer plat op de buik. Deze mensen komen van het platteland van Tibet en gaan op bedevaart naar Lhasa en vaak daarna door naar Shigatse (waar wij morgen heen gaan). Zij leggen de hele weg biddend af. Ongeveer 10 kilometer per dag, plat op de buik, een jaar lang. Of deze mensen zijn héél toegewijd, of ze hebben even niks anders om handen. Een jaar lang, plat op je buik het land door, op deze hoogte; daar kan je alleen maar respect voor hebben en vol bewondering naar kijken.

Onderweg passeren we diverse politie-checkpoints waar de chauffeur geregistreerd moet worden. Ook zien we vele kleine dorpjes, de huisjes in typisch Tibetaanse stijl gebouwd en geverfd. Men houdt er hier van de kozijnen te versieren met geverfde bloemen en gordijntjes. Gedurende de hele dag zien we ook van alles op en langs de weg: schapen, geiten, honden, koeien, yaks, paard en wagens, ezels, verzin het maar. We komen aan in een dal en rijden vanaf dit dal zigzaggend de bergen in. Een adembenemend uitzicht en de rustige rijstijl van onze chauffeur maken de beginnende hoofdpijn goed. Onderweg zien we heel veel gebedsplekken, bestaande uit vlaggen in vijf kleuren die willekeurig op een stok, electriciteitsmast of berg zijn gedrapeerd. Het zijn altijd witte, rode, gele, blauwe en groene vlaggen die de vijf elementen symboliseren: hout, vuur, aarde, ijzer en water. Ook zien we veel witte gebedsvlaggen die men hier overal achterlaat op heilige plekken.

Eenmaal op de top van de berg aangekomen moeten we onze ogen dichtdoen en mogen we ze pas open doen als onze gids het zegt. Als we de ogen openen hebben we uitzicht op een meer met het turquoise-ste water ooit. We staan op de Kamba-la pass op 4700 meter hoogte en kijken uit op het Yamdrok-tso meer op 4488 meter hoogte. Achter het meer zien we de besneeuwde toppen van de Mt. Nojin Kangtsang op 7191 meter. Adembenemd.

Na een hele tijd langs het Yamdrok-tso meer te hebben gereden met prachtige vergezichten en uiteraard de nodige fotostops, hebben we geluncht in het plaatsje Nangartse. Uiteraard in een restaurant met ‘Yak’ in de naam, alles heet hier yak. Heerlijke chicken-curry gegeten en een wc incident rijker waarbij de wc deur te dicht op de wc zat waardoor ik besloot met open deur te plassen en er een dikke mannelijke chinees de vrouwenplee in kwam marcheren. Uh. Hij keek even raar en was zo weer weg. Ik had de tweede deur waar ‘women’ op staat niet voor niets dicht gedaan, ik vraag me af wat ‘ie er überhaupt kwam doen. Sukkel. Die chinezen zijn echt hondsbrutaal wat dat betreft. Enfin. Tss.

Na de lunch doorgereden richting onze eindbestemming van vandaag: Gyantse. We passeerden de KharolaGletsjer op 5560 kilometer hoogte. Wederom adembenemend, om twee redenen; A-het is werkelijk prachtig om de gletsjer van zo dichtbij te zien, het ijs, de sneeuw, tegen de strakblauwe lucht op de achtergrond en B; we waren zo hoog dat we eigenlijk geen adem meer hadden. Ons hoofd leek wel uit elkaar te ploffen van de druk. Dit is jammer, maar het uitzicht maakt het allemaal goed. We zijn nog steeds blij met elk moment dat we in Tibet zijn.

Tussen half vier en vier uur kwamen we aan bij ons hotel in Gyantse, een typisch Tibetaans plaatsje, nog zonder Chinese invloeden. We zijn eerst een uurtje gaan slapen om het lichaam en hoofd wat rust te geven en zijn daarna een rondje gaan lopen. Het is een gezellige rommel op de hoofdstraten van het kleine plaatsje. We zien mensen met koeien over de straat lopen, mannetjes met fietstaxi’s, af en toe een brommer of een auto. Vrouwen met baby’s op hun rug, meisjes met mondkapjes op (mondkapjes komen hier ook in alle soorten en maten). De kinderen vinden ons reuze interessant en zijn helemaal niet verlegen. Ze zwaaien, lachen en zeggen ‘hello’. Het zijn stuk voor stuk plaatjes. Boven op een heuvel ligt een prachtig chörten, een fort wat lang als één van Tibets architecturele wonderen werd beschouwd. Een prachtig zicht met het straatleven er omheen, we konden er geen genoeg van krijgen en hebben een poosje staan kijken hoe menigeen koe, fiets, mens, brommer en auto zonder enig gevoel voor richting de rotonde voor het fort over reden. Een fantastisch schouwspel.

27 September 2010, Tibet, Shigatse, huidige hoogte: 3900 meter

Vanmorgen een heerlijk breakfisrt (echt, dat stond op het breakfisrt briefje wat we moesten inleveren voor we gingen ontbijten) gehad en om 9 uur vertrokken richting Shigatse. Deze plaats met 80.000 inwoners is de twee na grootste stad van Tibet en ligt maar 90 kilometer van Gyantse. Onderweg hebben we uitgebreid gekletst met onze gids over van alles-en-nog-wat. Zo vertelde ze dat ze haar ouders is verloren toen ze 5 jaar oud was en met haar broertjes en zusjes is opgevoed door haar oom. Ook hebben we het gehad over het verschil in schoolgeld, huur- en koop van woningen etc. Ook hebben we veel vragen gesteld over het boeddhisme en heeft ze hier veel over uitgelegd. Heel interessant. Onderweg zijn we gestopt bij een huisje waar men van graan meel maakt d.m.v. waterkracht. Wel aardig om te zien, verder niet zo heel boeiend. Verder kwamen we nog wat politieposten tegen maar bij de eerste de beste lagen de politiemannen te slapen en volgens mij konden zowel de chauffeur als de gids de volgende politieposten niet echt boeien.

Na aankomst in Shigatse hebben we de tassen naar het hotel gebracht en daarna hebben we een bezoek gebracht aan de Tashilhunpo Monastery. Een prachtig klooster wat meer op een dorpje lijkt met diverse straatjes om de verschillende tempels heen. Eén van de tempels huist de grootste indoor-Boeddha ter wereld: 27 meter hoog, en volgens onze gids is de boeddha met hoofddeksel zelfs 30 meter hoog. Supermooi om te zien maar we hebben uiteraard geen 8,50 euro (!) betaald voor een foto dus dat staat in ons geheugen gegrift. Het hele complex was superrelaxed om rond te lopen, er waren vrijwel geen toeristen, alleen monniken en pelgrims. Heel leuk om hen in hun dagelijkse bezigheden te zien, zo lopen de pelgrims hun kora en discussiëren de monniken in de schaduw van de bomen. De lucht is helder blauw, het zicht op het klooster fantastisch.

Na dit bezoek hebben we geluncht. We besloten nu eens niet allebei een curry te nemen maar ook één bord ‘yak momo’. Dit zijn een soort deegballetjes met yakvlees erin, een lokale specialiteit. Erg lekker! Na de lunch teruggegaan naar het hotel en direct weer naar buiten om een rondje door het stadje te lopen. We gingen eerst langs de apotheekwinkel voor een extra doosje hoogteziektepillen maar de mevrouw met roze schort en een vinger in haar neus kon alleen een ander merk aanbieden. Dan maar even niet, hopelijk hebben we genoeg pillen. Die vinger in haar neus vond ze heel oké trouwens, terwijl ze ons bediende, Ze had blijkbaar geen enkele behoefte de vinger eruit te halen. Shigatse heeft al veel chinese invloeden. Het is nogal druk en chaotisch, heel veel mensen op straat, een markt waar men alles verkoopt waar ‘made in china’ op staat, mensen die op straat zitten om thee te drinken, paard en wagens, brommertjes, één grote chaos. Alle kindjes zeggen gedag en zwaaien naar je, toch wel heel apart. Na een poosje rondgelopen te hebben zijn we teruggegaan naar het hotel waar Ed in een diepe slaap is verzonken en ik eens ga proberen wat foto’s uit te zoeken. Even een momentje rust in ons drukke reisschema.

Oh ja, wat ons verder nog opviel m.b.t. het reizen op grote hoogte:
- Laatst ontplofte mijn deo; de bal van het potje sprong er gewoon uit;
- Mijn shampoo fles is nu bijna leeg omdat, toen ik de fles laatst open deed, de halve fles leeg liep door de hoge druk;
- De lucht is hier extreem droog, we zijn enorm statisch geladen. Gisterenavond dacht ik: wat zie ik toch voor een flitsen onder mijn deken? Maar elke keer als ik mijn arm tegen het laken bewoog vlogen er allemaal vonkjes in het rond. Best wel spectaculair;
- Doordat de lucht zo droog is blijft mijn haar eindelijk eens mooi plat zitten;
- We worden hier heel snel bruin omdat de zonkracht heel sterk is;
- We kunnen veel minder eten op dan op zeeniveau (wie het snapt mag het zeggen);
- Kortom; aan allen die makkelijk bruin en slank willen worden én leuk haar willen hebben, Tibet is the place to be!

Wat ons verder nog opvalt is dat we ons hier vele malen beter kenbaar kunnen maken dan in Rusland. Er is altijd wel iemand die een paar woorden Engels spreekt. We zijn ook enorm gecharmeerd door de hotels waar we in verblijven; allemaal van het type foute-chinese-3-sterren tenten. Dat zorgt voor vele hilarische momenten als ze iets in het Engels opschrijven. Neem bijvoorbeeld de Breakfisrt vouchers maar ook de opbeurende woorden in de hotelfolder van ons huidige hotel; ‘There have many friends coming afar, is not pleasure!’ Of het briefje naast ons bed waar op staat dat men dagelijks de linnen vervangt (mits je dat niet wilt, etc.): ‘Sheets are customarily chongel eaily.(…)’. D.m.v. de telephone directory kan je de volgende afdelingen bellen:
- The total set receives – tel: 8826139
- Ask – tel: 8826138
- Accept the silver – tel: 8826131
- Assistant manager of big hall – tel: 8834833
- The mulberry takes – tel: 8834843
- Do laundry the building – tel: 8834837

Naar buiten bellen is simpel: ‘Beat the outside line, and please stir the ‘first 0’, behind stir the telephone number’.

Enfin, ik ga de foto’s eens uitzoeken :)

29 September, Tibet, Shigatse, huidige hoogte: 3900 meter

We waren gisteren maar net anderhalf uur onderweg richting de Mount Everest en Edwin had al zijn eerste record gebroken; zijn hoogste plasje ooit, op wel 4500 meter (ja ja, vliegtuigen niet meegerekend). Ruim een uur later diende zich nog een record aan: zijn hoogste plasje ooit op 5200 meter! Zijn geluk kon niet op.

De weg vanaf Shigatse naar het Mount Everest Base Camp is prachtig. Tot aan de lunch rijden we over een verharde weg. Langs de weg zien we mensen die werken op het land in de ochtendzon. Meestal zonder machines, alles met de hand of met de hulp van wat vee. We zien kuddes yaks, schapen en koeien, af en toe staat er wat op de weg. We zien nomaden die met hun hele huisraad naar een andere plek vertrekken, soms op paard en wagen, soms op een kleine tractor die je hier veel ziet. De weg is ok, op wat scheuren en gaten na en de chauffeur rijdt rustig dus dat is fijn. We zien een arend midden op de weg die zijn prooitje op eet totdat wij eraan komen en naast de auto wegvliegt.

Naarmate we hoger komen zien we dat sommige bergriviertjes bevroren zijn. Omdat de zon heel helder schijnt heb je er in de auto geen idee van dat het op de grond zo koud is. We passeren meerdere checkpoints. De eerste is een politie checkpoint, waarbij onze gids met onze paspoorten wat formaliteiten afhandelt. De tweede is een leger checkpoint, waar wij zelf met ons paspoort door een soort douane moeten en waar de permits voor de Mount Everest (die speciaal voor ons zijn aangevraagd) moeten worden gecheckt. Dan passeren we nog een checkpoint voor het nationale park van de Mount Everest en tussendoor nog ergens een checkpoint waar een politieman verveeld aan een touw trekt als wij er aan komen, zodat de hefboom open gaat. Ondertussen hebben wij het eerste zicht op de Mount Everest al gehad, vanaf het punt waar we staan lijkt het Base Camp nog heel ver weg.

Na de lunch begint het tweede gedeelte van de tocht; ongeveer 100 kilometer over onverharde weg. De weg is op sommige stukken slecht, op andere stukken beter. We zigzaggen ons een weg naar boven, verder en hoger het Himalaya gebergte in. We rijden richting de derde pas van de dag. Bovenaan elke pas is het een kleurig gebeuren van alle gebedsvlaggen die men ophangt. Bij elke pas waar we langs komen, prevelt de chauffeur een gebed, wat wij niet begrijpen maar ongeveer klinkt als ‘soshososhoshoshososososho’. De gids heeft ons verteld dat het een gebed is voor een goede reis.

Onderweg pikken we nog een non op die met een grote zak hout staat te zwaaien om een lift. We zien heel veel lifters onderweg maar die mogen de chauffeur en gids niet meenemen van hun baas. Maar voor een non maken we natuurlijk direct een uitzondering! Tegen 4 uur komen we aan in het guesthouse, ongeveer 6 kilometer van het Base Camp. Uh.Dat viel een beetje tegen. Er was ons een 2-sterren hotel met eigen faciliteiten beloofd. Maar het guesthouse was meer een kamer met twee bedden zonder faciliteiten. En dus ook zonder stroom en water, dat was er überhaupt niet. Er is wel een 2-sterren hotel, waar we ook een kijkje hebben genomen, maar dit zag er zeer zeker veel beroerder uit dan het guesthouse. En dan sta je aan de voet van de Mount Everest, en moet je je aanpassen. Achteraf logisch dat de omstandigheden aan de voet van Mount Everest niet optimaal zijn, maar er was ons in Peking iets anders voorgeschoteld. Enfin, wie heeft er water en electriciteit nodig en plassen kan toch ook in een gat? Dat is trouwens reuze interessant, plassen in Tibet. Ze hebben hier typisch genoeg altijd twee gaten naast elkaar. Nu ben ik groot voorstander van het Oud-Hollandsch-Synchroon-Plassen, maar dan wel graag met een beetje privacy als het kan. Nou, in Tibet kan dat dus niet ;-)

Ik dwaal een beetje af. Omdat het zo ongelooflijk helder weer was besloten we direct een bezoek te brengen aan het Base Camp. Je kan ernaar toe lopen, maar er rijdt ook een lokaal busje. Omdat we na 20 meter lopen al compleet buiten adem zijn, nemen we het busje. Wederom moeten we ons paspoort inleveren bij onze gids die weer door de zoveelste registratie gaat. Maar daar hebben wij geen oog voor. Ook hebben we geen oog voor de kotsende mensen om ons heen (sneutjes, hoogteziekte). We lopen een heuveltje op, langs de vele gekleurde gebedsvlaggen op de top en staan oog in oog met de hoogste berg ter wereld, Mount Qomolangma, Mount Everest, 8844 meter hoog. Van een paar meter boven zeeniveau zijn we overland afgereisd naar 5200 meter hoogte. Stonden we daar toch even een potje trots te zijn! Daarnaast natuurlijk ontzag voor deze prachtige berg met zijn besneeuwde toppen! We maken (veel te veel) foto’s en staan daar dan een poosje samen een beetje stomgeslagen naar die enorme berg te staren. We zijn er echt!

De toeristen om ons heen zijn duidelijk beter voorbereid. Die hebben mutsen, handschoenen en dikke jassen enzo. Wij hebben alleen een t-shirt met een jack en jas eroverheen. We zijn tenslotte een jaar weg en zouden niet naar koude bestemmingen gaan, toch? Op het Base Camp valt het gelukkig mee met de kou. Er staat wel een fikse wind, maar met een sjaal of jas voor de mond gaat het prima. Het Base Camp stelt verder overigens niet zoveel voor, er staan wat tenten, je hebt er de heuvel met het uitzicht voor de Mount Everest, uiteraard een politie checkpoint, toiletten en een plaquette waar op staat waar we zijn. Maar omdat het aan de voet van de Mount Everest is, is alles natuurlijk bijzonder.

Na het bezoek aan het Base Camp hebben we een kort bezoek gebracht aan het hoogste klooster ter wereld, het klooster naast onze guesthouse. Het is voornamelijk bijzonder omdat het het hoogste ter wereld is, verder is het vrij klein. Omdat de hoofdpijn inzet, ben ik even gaan liggen. Het wordt al gauw veel te koud in onze kamer zonder electriciteit en dus begeven we ons naar de gezamenlijke ruimte/restaurant van de familie die het guesthoude runt. We drinken jasmijn thee en nestelen ons bij de kachel in het midden van de ruimte. De kachel brandt als een tierelier, op schapen- en yakpoep. Daar ruik je overigens niks van hoor, daarnaast, we roken toch al niet meer naar bloemetjes na zo’n reis. We eten een dikke pannenkoek en langzaam maar zeker loopt de ruimte vol. Edwin leest een tijdschrift over Azië wat ik van mijn collega’s heb gekregen en één van de meiden van de familie vindt dat reuze interessant. Elke foto uit het tijdschrift moet Edwin uitleggen en bespreken. Als het tijdschrift uit is, volgt de Lonely Planet. Het tijdschrift krijgt vervolgens aandacht van andere locals; wij vermoeden dat ze niet vaak zo’n glossy magazine zien aan de voet van de Mount Everest! Op een gegeven moment komt er een schaap binnen. Reuze gezellig natuurlijk. Ik wil er een foto van maken maar dan rent ‘ie achter me aan en springt tegen me op. Edwin heeft er geen oog voor want die is druk de Lonely Planet aan het doornemen. Gelukkig valt het oog van het schaap op een paar argeloze Duitse toeristen en dan nestelt hij zich tussen hen op de bank. Pfiew.

Verder is het natuurlijk niet vreemd dat er naast die drie Duitsers nog een stuk of 20 Nederlanders waren. Want ja, je gaat naar de voet van de Mount Everest en dan kan je natuurlijk niet zonder Hollandse gebabbel om je heen (not). Maar, met alle respect hoor. We zien hier heel veel fietsers en één van de twee groepen fietst van Lhasa naar Kathmandu. Op deze hoogte, terwijl ik alleen maar met hoofdpijn bij de kachel kan zitten. Superknap! We integreren verder niet met de toeristen want we waren al geïntegreerd met de locals, om de poepkachel. De meeste zijn gidsen en chauffeurs van de toeristen. Tegen 10 uur taaien we af, een laatste toiletbezoekje en dan samen met twee dekens in één twijfelaar in de hoop dat we warm blijven.

Koud hebben we het niet gehad maar jemig wat hebben we slecht geslapen. Allebei barstende koppijn, volgens mij heb ik de eerste 2,5 uur wakker gelegen, weer in de kou naar de wc (waar we dachten te zien dat het gesneeuwd had, wat vanmorgen bleek te kloppen). Voor mijn gevoel werd ik elke paar minuten wakker, omdat mijn adem stokte. Gisterenochtend ben ik flink verkouden geworden en er is al amper lucht, dat ik steeds het gevoel had dat ik het superbenauwd had. Ik had ook steeds dezelfde droom. Anyway, toen we vanmorgen opstonden kon ik wel janken van de pijn in mijn hoofd. Het zicht van de Mount Everest maakt dan een hoop goed, maar ik wilde niks liever dan meteen afdalen. In plaats daarvan heeft Dickey de zuurstoffles klaargezet en hebben we allebei even heerlijk wat extra zuurstof toegediend gekregen. Wat een heerlijk gevoel om ineens weer eindeloos in te kunnen ademen! En na 10 minuten was de hoofdpijn zo goed als weg.

Na een pannenkoek met ei ontbijt hebben we de terugreis ingezet naar Shigatse. De weg is hetzelfde als heen, erg mooi, genieten van het prachtige uitzicht dus. Daar waar we op de heenweg het eerste aanzicht op de Mount Everest hadden, keken we nu uit een stoffig en smerig achterraam nog één keer achterom. Dag prachtige berg, tot de volgende keer.

Vanavond hebben we de chauffeur en gids uitgenodigd om samen te gaan eten. Dat was ontzettend gezellig. We gaan nu lekker wat slaap inhalen. Morgen nog één lange rijdag terug naar Lhasa.

30 September 2010, Tibet, Lhasa, huidige hoogte: 3595 meter

Na een lange dag rijden zijn we weer terug in Lhasa! De reis ging super voorspoedig. We zouden een ‘snelle weg’ terug naar Lhasa moeten nemen maar deze weg is ‘under construction’ waardoor we dezelfde weg terug gingen als op de heenreis. Mazzel voor ons, want nu mochten we weer uitkijken op de prachtige gletsjers en meren. Verder hebben we onderweg nog een paar bijna aanrijdingen met een koe gehad, gelukkig is onze chauffeur al dat overstekende wild niet vreemd dus het ging goed.

Nu terug in Lhasa. Vanavond en morgen een vrije dag, tijd om even bij te komen, een beetje te niksen en ons voor te bereiden op de 45 urige treinreis naar Chengdu, onze volgende bestemming in China.


  • 30 September 2010 - 11:52

    Jo&Bas:

    Haha, dat verhaal van dat schaap. Briljant :-)
    En wij zouden zeker "accept the silver" gebeld hebben. Hoewel "the mulberry takes" ook wel erg intrigerend klinkt...

    Heeeele mooie fotoos guys. Op naar t volgende avontuur.

    xxJ,B,E

  • 30 September 2010 - 11:57

    Wendy:

    Woord van de week: turquoise-ste hahahahaha...leuk gevonden en supermooie foto's...

    Liefs van mij

  • 30 September 2010 - 14:59

    Rob:

    Geweldig kinders, wat een avonturen. En nu de rest van het jaar geen hoofdpijn meer he.

    XXX Pa

  • 30 September 2010 - 15:57

    Ans:

    mooi verslag met super foto's! Die hoofdpijn lijkt mij minder, maar je moet er wel wat voor over hebben :-).
    liefs,
    mam

  • 30 September 2010 - 18:27

    Ferdi:

    Adembenemend! Vooral die foto's met meren en platte bergwanden. Ook mooie stukkie van dat schaap, dacht meteen dat ie aan het spit zou gaan blijft ie lekker chillen :-)

  • 30 September 2010 - 18:57

    Marga:

    Waaauwwww, Wat een prachtig verhaal en wat een geweldige fotoserie. (Ik wil ook....) Wat is die berg toch mooi. Dat zijn vast en zeker kippenvelmomenten. Hier krijgen jullie dus nooit spijt van. Geniet van dit avontuur en van elkaar. Dikke kus en liefs, J en M

  • 30 September 2010 - 19:17

    T&R:

    een woord...

    WOW

    ...

  • 01 Oktober 2010 - 12:47

    Mineke:

    Tss, weer zoooo mooi allemaal: wat jullie meemaken, hoe jullie het opschrijven en wat er op de foto's te zien is! Mooi hoor! Ga lekker door met genieten!

  • 01 Oktober 2010 - 17:22

    Gerda:

    Tibet lijkt mij nog wel een land om een keer heen te gaan. Geweldig.
    En dan de Mount Everest.
    Ik heb genoten van de schitterende foto's
    Ga zo door.

  • 02 Oktober 2010 - 20:34

    Peter & Femy:

    Tashi delai! Lisette mocht je na de wereldreis niet weten wat te doen, probeer het eens als schrijfster! Nog het `om mani padme hum` gehoord? Wat een fantastische foto`s! Groetjes van ons. Take care.

  • 03 Oktober 2010 - 07:34

    Gert:

    hebben jullie lang over al die gemanupuleerde foto's gedaan???? Ziet er goed uit. Met de verhalen erbij gaan ze spreken. Je wordt er bijna jaloers van. Op naar het volgende avontuur. Groetjes

  • 04 Oktober 2010 - 03:05

    Ferry En Wilja:

    Geweldig jullie avonturen. Jullie vonden de rotonde interessant met al dat verkeer??? Wacht maar tot jullie in Hanoi zijn. Dan hopen jullie dat jullie wat extra levens hebben bij het oversteken... Pracht foto van ons allen op de Muur. Sinds Vietnam lopen we alleen in korte broek en T-shirt of minder, heerlijk warm. We zullen vast een mooi terras uitzoeken.

    Grtz. Ferry en Wilja

  • 07 Oktober 2010 - 05:27

    Tang:

    ha,what a happy vacation in Tibet

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Nederland, Amsterdam

Edwin en Lisette

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 876
Totaal aantal bezoekers 328745

Voorgaande reizen:

23 Augustus 2010 - 28 Augustus 2011

Wereldreis!

Landen bezocht: