Jakarta - Reisverslag uit Yogyakarta, Indonesië van Edwin en Lisette - WaarBenJij.nu Jakarta - Reisverslag uit Yogyakarta, Indonesië van Edwin en Lisette - WaarBenJij.nu

Jakarta

Door: Lisette

Blijf op de hoogte en volg Edwin en Lisette

08 Juni 2012 | Indonesië, Yogyakarta

05 juni 2012, Medan Airport

Er valt er een hete, kleffe deken over ons heen als we op de luchthaven van Medan uit de auto stappen. Door de hoge ligging van Berastagi was de temperatuur vanmorgen bij vertrek een stuk aangenamer dan hier op zeeniveau. Het is op zijn zachtst gezegd nogal een puinhoop op de luchthaven. Overal krioelen mensen, hangen mensen op plastic stoeltjes en liggen stukken bagage op de grond. We kijken het kort aan en gaan er dan maar vol in, op zoek naar de incheckbalie. We banen ons een weg door de chaos naar een securitypoortje. Hier komen Ans, Rob en Ferdi voor het eerst in aanraking met de Voordring Aziaat. Als de mensen voor ons hun bagage op het röntgen apparaat hebben gelegd en wij aan de beurt zijn, voegen er rechts ineens een hussie Voordring Aziaten in. Ik ga voor hen staan, zeg (vriendelijk, doch zéér dringend) ‘excuse me!’ en blokkeer hen dan de weg. Ik heb het klaarblijkelijk nog in de vingers want beteuterd wachten ze hun beurt af. Terwijl wij aan de ene kant de tassen op de band leggen, gaat Edwin vast door het securitypoortje voor de reizigers, zodat hij onze handbagage aan de andere kant direct van de band kan halen. Ik probeer ook door het poortje te gaan, maar dat valt nog niet mee. De ene Voordring Aziaat na de andere denkt voorrang te nemen. De securitydame bij het poortje ziet het ook, en ik mag er als eerst doorheen. Aardige dame. Als ik aan de andere kant van het röntgen apparaat kom, zie ik Edwin die probeert onze berg tassen van de band te plukken. De band is alleen zo kort, dat alle andere bagage geplet wordt en van de band valt. Als de rest zich ook door het securitypoortje heeft weten te dringen, kunnen we op zoek naar de incheckbalie.

Bij de incheckbalie van Garuda Indonesia staan heel weinig mensen. Wel staat er een jongeman in een Garuda Indonesia uniform. Hij wil onze tickets zien. Hij bekijkt ze en zegt: ‘You are too early. Please come back in one hour’. Ik probeer hem uit te leggen dat we inderdaad vroeg zijn en dat ik graag wil kijken of we omgeboekt kunnen worden naar een eerdere vlucht. Hij knikt begrijpelijk en zegt dat hij het gaat checken. Dan komt hij terug en zegt: ‘you are too early. Please come back in one hour’. Ik kijk bedenkelijk en probeer het dan in kraaienpoten Engels. ‘Yes. I know. We too early. But. We try to get early flight. To Jakarta’. De jongen roept begrijpelijk ‘ooooohhhhh!’ -iets wat iedereen hier de hele dag roept- en loopt dan weer terug naar de incheckbalie. Even later komt hij terug en zegt hij: ‘plane is full’. Dat is natuurlijk niet zo, want hij heeft het gewoon niet gecheckt, maar dit lijkt me wel het moment nu zelf begrijpelijk ‘oooooohhhhh!’ te roepen. De jongen attendeert ons erop, dat we een gele strap om onze tas moeten laten doen. ‘Garuda Indonesia Policy’, zegt ‘ie. We bedanken hem, zeggen dat we over een uur terugkomen en lopen dan naar de meneer bij de gele-strap-om-tas-doe-machine. We wachten netjes tot het onze beurt is, en laten de meneer dan behendig een gele strap om onze tas doen. Er komen wat Voordring Aziaten aan, die Edwin afpoeiert. En dan gebeurt het… Mijn oog valt op de ‘Garuda Indonesia Customer Service’ balie, gelegen naast de gele-strap-om-tas-doe-machine.

Ik loop naar de balie. Er is een gat in het glas waar ik door moet praten, maar ik moet zo ver bukken dat ik besluit over de rand van de balie heen te praten. De meneer achter de balie vindt het goed. Ik zeg: ‘we would like to know if we can change our flight to an earlier flight’. De meneer knikt en pakt onze e-tickets aan. Hij tikt wat dingen in, kijkt ernstig, staat op en zegt dan verontschuldigend: ‘sorry, system is down, please come back later’.

‘Computer says noooooo’, denk ik en loop naar de rest. We gaan maar even een kopje koffie drinken. Ferdi bestelt pisang goreng, die zo lekker is dat ‘ie zo op is. Er zit een wimperhaar in mijn koffie. Ik krijg nieuwe koffie. Edwin vraagt vriendelijk aan de mevrouw of hij misschien zijn thee nog krijgt. De mevrouw vraagt of hij thee wil bestellen? Edwin zegt dat ‘ie al thee heeft besteld. De mevrouw zegt dat ‘ie nog helemaal geen thee heeft besteld. Edwin bestelt nieuwe thee.

Ik loop nog eens terug naar mijn vriend van de Customer Service balie. Ik vraag hem of de computer het weer doet, wat inderdaad het geval is. Hij zoekt wat in de computer en zegt dan: ‘if you want to change, you have to pay additional fee’. Dus ik zeg: ‘ok. How much is the additional fee?’ Rekenmachine erbij, pen erbij, papier erbij en dan zegt hij: ‘sorry yaaa, extra fee is 740.000 roepiah yaaaaa, per person yaaa, b’cos you have promo fare yaaa and now only upgrade fare available, yaaaa’. Hij kijkt zeer ernstig, heeft zijn handen voor zijn borst samengevouwen en buigt een keer of vijf verontschuldigend. Ik vind het zo aardig dat ik ook maar mijn handen voor mijn borst vouw en een keer of wat buig, terwijl ik uitkraam: ‘no problem yaaa, I understand yaaa, terima kasiiiih’.

Terug bij de koffie is de tussenstand 1-1 bij het electronische backgammon toernooi van Ferdi en Rob. Als het uur om is, lopen we naar de incheckbalie en checken we dan eindelijk in voor onze vlucht naar Jakarta. Hierna gaan we in de rij om onze lokale vertrektax te betalen en als de meneer in het lokale-vertrektax-hokje een sticker op al onze boardingpassen heeft geplakt begeven we ons naar de wachtruimte bij de gates. De wachtruimte is ook een beetje een zooitje, maar nu ik erover nadenk is het hier eigenlijk overal een zooitje. Het is één grote ruimte met stoelen, airco’s die het niet aankunnen, wc’s en een musholla (moskee). We settelen ons op een paar vrije stoelen. Er is zoveel achtergrond herrie dat niemand zich verstaanbaar kan maken. Maar omdat iedereen zich wel graag verstaanbaar wil maken, gaat het volume van het gekakel alleen maar omhoog. Ondertussen roept een mevrouw onvermoeibaar het ene na het andere bericht om, wat niemand kan verstaan natuurlijk. Ik ga maar eens naar het toilet. Zoals altijd in Azië heb ik het voordeel van het westers toilet. Terwijl de aziatische dames in de rij staan voor het hurk toilet, vraag ik hen of niemand soms gebruik wil maken van het westers toilet. Dat willen ze niet, dus ik kan zo langs de rij. Boven de wc hangt een sticker, waarop staat dat het niet de bedoeling is dat je op het westers toilet gaat staan, maar dat je er op moet zitten. Nou, ik garandeer je dat je op dit toilet niet wilt zitten. Even overweeg ik de dames in de rij een spoedcursus westers-toilet-hangen te geven, maar ze lijken me niet de types die daar interesse in hebben dus zie ik er maar vanaf.

Als ik terug kom is het dan eindelijk zover: tijd om aan boord te gaan van vlucht GA 189 met bestemming Jakarta.

*** 05 juni 2012, Jakarta ***

Na een zeer turbulente vlucht van ruim 2 uur en een half uur gemopper van Edwin op de lokale verkeersleiding, zet de piloot eindelijk de daling in. We vliegen al eeuwen zigzaggend heen- en weer richting Jakarta en we hadden een kwartier geleden al moeten landen. Als we aankomen bij de bagageband komen onze tassen net binnen. Hierna lopen we de hal uit, negeren alle ‘hello, taxi!’mannetjes en zoeken zelf een taxi uit. We kiezen een nogal luxe variant, met geblindeerde ramen en zeer luxe stoelen. De chauffeur brengt ons binnen drie kwartier naar ons hotel, het ‘Grand Tropic Suites Hotel’. We checken in en nemen dan de lift naar de 16e verdieping. Onze ‘family suite’ heeft drie slaapkamers en twee badkamers, een grote woonkamer, keuken en balkon. Het uitzicht is geweldig, we kijken uit op een heel drukke weg, die tussen de wolkenkrabbers door loopt.

Het eerste wat we doen is een duik nemen in het zwembad. Het is al donker als we het verfrissende water induiken. Hierna lopen we een blokje om om te kijken of we ergens kunnen eten. Achter ons hotel blijkt een ‘nightmarket’ te zijn met talloze eetstalletjes. We zoeken een héél klein karretje uit van een meneer die zegt nasi goreng te maken. Het is zo klein dat we feitelijk in zijn keuken zitten. Hij zet ons een heerlijke nasi goreng voor; voor een totaalbedrag van 6,50 euro hebben we met z’n vijven een maaltijd en drankje.

Na het eten lopen we even over de markt waar Ans een leesbril koopt. Haar bril heeft de heenreis niet overleefd en zat met pleisters aan elkaar vast geplakt, dus het komt goed uit dat ze hier een nieuwe kan scoren. Nu heeft ze geen +2,75 oog afwijking, maar ze probeert er een aantal en hiermee ziet ze het best. Ze moet niet te hard met haar hoofd bewegen want dan wordt ze duizelig, het is dus goede kwaliteit :). Om ons heen lopen bedelaars, zowel volwassenen als kinderen. Ook als we een stukje doorlopen naar het winkelcentrum, lopen we langs talloze zwervers. Het contrast kan niet groter; eenmaal binnen in het 7 verdiepingen tellende winkelcentrum lijkt het alsof we in een andere wereld staan. Moderne winkels en restaurants wisselen elkaar af, terwijl buiten de zwervers op straat zitten; dit zijn de twee gezichten van Jakarta, dit is de harde realiteit van deze enorme stad. We lopen terug naar het hotel en laten het allemaal even op ons inwerken.

06 juni 2012, Jakarta

Jakarta. 9 miljoen inwoners -20 miljoen als je de inwoners uit de buitenwijken meetelt- wonen samen op 661 vierkante kilometer. We beginnen onze dag in Jakarta met een taxirit. Omdat we met teveel zijn, nemen we er twee, de chauffeurs rijden zo’n beetje achter elkaar. Dat vinden we nog best knap, gezien het chaotische, drukke verkeer. We staan meer stil dan we rijden, maar dat geeft niet, want ik zit wel prima zo achter in de taxi. De airco staat aan en het geeft me alle gelegenheid om eens op mijn gemakje naar buiten te kijken. Wat wederom direct opvalt, is hoe smerig het hier overal is. Gewoon alles is hier vies. Er ligt overal afval, langs de kant van de weg, in de open riolen, in de kanaaltjes, onder de brug. Naast dat het smerig is, is het overal druk. Om ons heen tuffen scootertjes, becak’s, fietsers en auto’s. Tussen de auto’s door lopen mannetjes om hun waar te verkopen. Ik staar uit het raam en verlang terug naar de geciviliseerdheid van mijn geliefde Bangkok.

Na ruim een half uur komen we aan in de haven van Sunda Kelapa. Hier liggen tientallen prachtige ‘Makassar’ boten, die volop in gebruik zijn. Ladingen hout worden met de hand van de boten afgedragen, grote jute zakken met inhoud worden van de boten afgetakeld. Het is niet moeilijk je voor te stellen hoe het er in dit gebied aan toeging in de koloniale tijd, er lijkt helemaal niks veranderd. We lopen langs de boten in het kanaal naar een oude uitkijkpost uit 1839. De penetrante lucht van het vervuilde water, de verzengende hitte en het chaotische verkeer om ons heen laten niks te raden over. We lopen langs wat kraampjes waar men allerhande waren verkoopt. Het is modderig en smerig op straat, men werkt wat in hun winkeltjes of slaapt wat op hun stoel. We lopen verder richting Kota, de wijk van Jakarta waar nog vele koloniale gebouwen staan. We lopen langs de laatste Nederlandse ophaalbrug. Ik hou maar steeds mijn hand voor mijn neus om te proberen de rioollucht buiten te houden. Het komt een beetje met vlagen, soms ruik je het niet, soms is het allesoverheersend. Hier lijkt overigens niet iedereen last van te hebben, we zien vele krotten langs het water en ook een aantal warungs waar men lekker zit te smikkelen. Toegegeven, er is genoeg te zien. Zo heeft iemand zijn was te drogen gehangen aan de ruitenwisser van een geparkeerde bus en zien we ook een politieman op een kleedje op straat slapen (onder het mom ‘meer blauw op straat’ volgens Edwin). We lopen de wijk Kota binnen en bekijken eerst het Taman Fatahillah plein. Hier staat het gouverneurskantoor, één van de weinige gerestaureerde gebouwen uit de koloniale tijd. Op het plein worden Nederlandse oude fietsen verhuurd, waaronder tandems en schoolkinderen proberen daar naar hartelust rondjes op te rijden. Dat lukt niet echt. We besluiten het tafereel eens op ons gemakje te bekijken vanaf Café Batavia, een historisch Art Deco café dat uitkijkt over het plein en de fietsende scholieren. Als je binnenloopt heb je het gevoel op een filmset binnen te lopen, het ademt één en al koloniale sfeer. De prijzen zijn minder koloniaal, zelfs Rob weet een ‘voor de prijs van één drankje kan ik vier keer eten’ niet voor zich te houden. Gelukkig koelen we wel goed af en we genieten van deze relaxte pitstop.

Hierna lopen we verder door Kota en bekijken we de vervallen koloniale gebouwen. Wat zonde toch dat men niks aan het verval doet. We lopen richting het Kota Trein Stasiun, waar we tickets willen kopen voor de trein naar Yogyakarta morgen. We weten van vorig jaar nog welk kantoortje we moeten hebben, we vergeten dat we eerst buiten een formuliertje moeten invullen. Als we dit gedaan hebben, lopen we terug naar binnen en mengen ons tussen de andere mensen die ook een kaartje willen kopen. Het is verzengend heet. Ik voel druppels zweet over mijn benen naar beneden stromen, straaltjes zweet kriebelen op mijn rug. Het is nogal een gedring in het kleine kantoortje. Als de dame achter de balie ons opmerkt, knikt ze naar haar collega. Hij staat op en wil ons formuliertje aannemen. Ik wijs hem op de meneer die voor mij staat en eerst aan de beurt is. De meneer van de spoorwegen lacht wat beteuterd, neemt het briefje van de meneer aan, legt het voor hem neer en kijkt mij dan opnieuw aan. Ik zie mij genoodzaakt nu toch mijn formuliertje te geven, al ben ik niet echt gecharmeerd van deze positieve discriminatie. Het zorgt er wel voor dat we binnen een kwartier het zweterige hok weer uitkomen-mét vijf tickets naar Yogyakarta.

Nu moeten we nog tickets kopen voor de lokale trein die ons naar het zuiden van de stad kan brengen. Edwin vraagt hoe laat de trein gaat en deze gaat pas over een uur. En dat is waarschijnlijk positief bedacht van de meneer van het loket, want wij kunnen ons nog een moment herinneren niet zo lang geleden waarbij men op dit station zei dat de trein over 5 minuten zou gaan en dat duurde toen nog anderhalf uur. We besluiten dan maar voor de Transjakarta bus te gaan. Dit bussysteem werkt als een metro, maar dan bovengronds. De uitdaging is nog even om van het treinstation bij de ingang van het Transjakarta bussysteem te komen. Eerst steken we een zesbaansweg over waar het verkeer als een idioot overheen raast. Ook dit zijn we nog niet verleerd; gewoon gáán, niet twijfelen, vooral niet stoppen en voor je het weet sta je op de middenberm. Dezelfde tactiek nog een keer voor de volgende drie banen en dan sta je aan de achterkant van het Transjakarta station. Nu loop je met gevaar voor eigen leven langs de kant van de weg om het station heen. Omdat er nog geen ingang te bespeuren is en je nu zo’n beetje alle kanten van het station wel gezien hebt, vraag je een bonnenschrijvende politieman waar de ingang is. Deze wijst je op de ingang aan de andere kant van alweer een nieuwe driebaansweg. Hups, gewoon lopen zonder je wat aan te trekken van het naderende verkeer, en ja hoor, we staan bij de ingang van een tunnel. De tunnel voert ons ondergronds terug onder alle wegen en zowaar, daar is een ticket kantoor!

In de rij voor de bus staat het vol Voordring Aziaten. We gaan vijf man breed staan en zorgen dat niemand er langs kan. Als het meisje achter me het voor de tweede keer probeert, kijk ik haar aan en zeg ik ‘dát gaan we dus niet doen jongedame, ik eerst, dan jij’. Ze lacht schaapachtig. Als de bus komt stapt de eerste horde mensen in. Rob hoort daar ook bij, wij staan nog op het perron. Edwin weet nog net ‘de achtste halte!’ uit te roepen en weg is Rob. Niet veel later komt er een tweede bus en we vinden zowaar een zitplekje.Terwijl Ed en ik Ans en Ferdi niet meer kunnen zien omdat de bus zo overvol mensen staat, roept Edwin af en toe: ‘Ans, achter je het paleis van de president’ en ‘Ans, achter je het Merdeka plein’. Ik vraag mij toch altijd af hoe Edwin dat kan roepen terwijl het enige uitzicht wat hij heeft 20 vrouwen zijn. Vrouwen ja, want bij ongeveer de zesde halte komen we erachter dat we in het speciale vrouwengedeelte van de bus zitten. Niemand heeft ons daar op gewezen, maar ik zie ineens een sticker op het raam. Waarschijnlijk denken ze ‘laat maar gaan, die gekke toeristen’.

Bij de achtste halte worden we herenigd met Rob. We lopen naar wat ooit de backpackersstraat van Jakarta was, maar nu bij gebrek aan toeristen vooral vervallen hotelletjes biedt. We lunchen ergens. Ferdi bestelt ‘ayam bakar’en krijgt in plaats van een maaltijd één miezermeuterig kippenpootje. Rob krijgt helemaal geen eten en vindt dat Ferdi het maar getroffen heeft. Na de lunch lopen we langs het kantoor van de Rabobank International zodat Ans dat even kan bekijken en dan lopen we verder richting het Merdeka plein. Op dit immense, lege plein, staat het Nationaal Monument, een lelijk, rechtopstaand geval met een vlam erboven. Ik heb ineens heel zware benen, ik krijg mezelf haast niet meer vooruit gesleept. Het is waarschijnlijk een combinatie van de verzengende hitte en de smog, mijn energy level is nul. Gelukkig ben ik niet de enige met dit probleem en we besluiten de dag af te sluiten. We houden twee taxi’s aan en gaan terug naar het hotel.

Hier aangekomen duiken we direct het zwembad in. Heerlijk even afkoelen na een lange en hete dag sjokken. Edwin en ik besluiten dat met dit tweede bezoek aan Jakarta we het nu wel gezien hebben. We kunnen niet anders dan dezelfde conclusie trekken als vorig jaar; Jakarta is een vieze, overbevolkte stinkstad wat weinig te bieden heeft voor toeristen. Toch blijven we erbij dat het een kort bezoek aan de stad essentieel is bij een bezoek aan Indonesië. Want ook dit is Indonesië, misschien wel het kloppend hart van het land met al zijn verschillende eilanden en inwoners, die hier samenkomen.

Ik opt vanavond voor Japans eten. Omdat de lift in het winkelcentrum trager dan traag is gaan Edwin en Ans vast lopen en raken we elkaar zowaar kwijt. Als we allemaal op een andere verieping naar het middenpunt van het winkelcentrum kijken vinden we elkaar toch nog terug. Het eten smaakt heerlijk. Omdat er een tropische regenbui aan de gang is zijn we genoodzaakt ook nog even naar Starbucks te gaan. Hierna wagen we het toch maar en lopen we via de ondergelopen straat terug naar het hotel. Enkeldiep waden we door het vieze afvalwater wat de straten heeft doen overtromen. Een laatste toegift van deze vieze stad.

07 juni 2012, in de trein van Jakarta naar Yogyakarta

Je zou denken dat als je om 06.00 uur gaat ontbijten, je één van de eersten bent. Niks blijkt minder waar. Allereerst blijkt het onmogelijk van de 16e verdieping naar de lobby te komen. Men heeft hier duidelijk een capaciteits issue als het gaat om liften. Er zijn drie werkende liften. Elke keer als er eentje op de 16e stopt, zit deze overvol. Ons erbij persen hebben we geprobeerd, maar dan gaat het ‘overvol alarm’ af en dan gaat de lift niet weg. Na eindeloos wachten vinden we een lift waar we bij kunnen. De lift gaat eerst verdieping voor verdieping naar de 9e, om vervolgens weer terug omhoog te gaan. Terug op de 16e, besluiten een aantal medelifters uit te stappen. Wij wagen nog een poging. De lift gaat verdieping voor verdieping naar de 27e en zakt dan weer verdieping voor verdieping af. Nu besluiten wij ook dat het genoeg is. We stappen op de 16e uit, waar wij onze eerdere medelifters weer tegenkomen. We pakken onze backpacks en besluiten te gaan lopen. We moeten om 7 uur een taxi nemen willen we onze trein niet missen en het is ondertussen al half 7.

Als we beneden aankomen zijn Ans, Rob en Ferdi al klaar met ontbijten. Zij hadden een lift eerder. We adviseren hen zo snel mogelijk naar boven én weer naar beneden te gaan, willen we hier om 7 uur weg kunnen gaan. Dat lukt en tegen 7 uur nemen we twee taxi’s naar het Jakarta ‘Gambir Stasiun’. Onze taxichauffeur lijkt in eerste instantie in een emotionele bui; hij vraagt of we de ‘Lady in Red’ ook mooi vinden en schroeft dan het volume op. Het blijkt een tactiek, want hij heeft kennelijk besloten ons een poot uit te draaien vandaag. Hij rijdt compleet de andere kant op dan we moeten. Als we vragen of het station niet de andere kant op is, geeft ‘ie een nogal ontwijkend antwoord over drukte. Dat zal wel, maar de teller staat ondertussen al op twee keer de prijs die wij gisteren betaalden voor een taxi. Ik gooi er af en toe wat opmerkingen in als ‘Gambir station is over there’ en ‘yesterday 21.000, today 44.000’. De chauffeur weet dondersgoed dat hij verkeerd zit. Als ik hem bij aankomst op het station geld geef en wacht op geld terug, weet hij zelfs nog met zijn parkeerbonnetje van het station te wapperen zodat hij geen geld terug hoeft te geven. Ik kijk hem aan en zeg: ‘I am not happy mister!’ Hij kijkt wat beteuterd, maar trekt zich er verder natuurlijk niks van aan.

Rob, Ans en Ferdi staan op het station al een kwartier op ons te wachten. We lopen naar het perron waarvan we denken dat het de juiste is en wachten. Net na acht uur komt de trein het station binnenrijden. We lopen het lange perron af naar achteren en stappen in. De trein die we geboekt hebben is een ‘Eksekutif’ trein, een luxe variant voor hier. We hebben heel veel beenruimte en er staat een irritante flatscreen te tetteren. Het uitzicht is prachtig. We rijden door eindeloze knalgroene rijstvelden, hier en daar zien we de gele punthoedjes van mensen die in de velden staan te werken. Het lijkt wel of we door een levend schilderij rijden. Rond 12 uur lunchen we in het barrijtuig. We kunnen de lunch in principe bij onze stoel geserveerd krijgen, maar het lijkt ons ook wel aardig in het restaurant te eten. De meneer die onze nasi goreng bestelling opneemt vindt het prima en reserveert twee tafeltjes voor ons. Het smaakt heerlijk.

Ondanks dat ons rijtuig airco heeft, werkt deze niet helemaal naar behoren. Dat komt volgens Edwin omdat niemand de deur naar het balkon achter zich dichttrekt, zodat de warmte zo naar binnen komt en de airco zijn werk niet kan doen. Af en toe staat Edwin op en trekt ‘ie alsnog demonstratief de deur dicht, maar dit lijkt niemand behalve ons op te vallen. We zijn dan ook een beetje oververhit als we na acht lange uren het station van Yogyakarta binnen rijden. We lopen naar ons hotelletje, wat heel dichtbij is. Hotel 1001 Malam is als thuiskomen voor Edwin en mij; we krijgen toevallig zelfs exact dezelfde kamer als vorig jaar. Wat een heerlijk vooruitzicht dat we dit hotel de komende week hebben geboekt als uitgangsbasis voor tripjes in de buurt.

’s Avonds maken we gebruik van het ‘Bintang Happy Hour’ in het restaurantje tegenover het hotel. Na een heerlijk maaltje val ik net na negenen in een diepe slaap, ik ben erg moe van de lange dag.

08 juni 2012, Yogyakarta

Vandaag gaan Rob, Ans en Ferdi een dagje op stap naar Borobudur en Prambanan, een boeddhistische en hindoeistische tempel. Omdat wij de tempels vorig jaar nog gezien hebben, slaan wij deze dagexcursie even over. In plaats daarvan ontbijten we rustig, waarbij we gezelschap krijgen van twee scholieren die ons allerhande vragen willen stellen voor hun Engelse les. Dat is heel normaal hier. We wisselen Rupiah muntjes tegen Euro muntjes en geven hen kleine Nederlandse klompjes die we hebben meegenomen. Daar zijn ze erg blij mee. Aan het eind geven ze Edwin een hand; ze verontschuldigen zich tegenover mij omdat ze mij conform hun geloof geen hand mogen geven. Geeft niet hoor.

Na het ontbijt scharrelen we wat rond. Eerst drinken we koffie en dan gaan we allebei naar de kapper. Edwin is voor 1,50 euro klaar; ik doe er wassen en föhnen bij en moet 3,50 afrekenen. Kunnen we er weer even tegenaan. Hierna shop ik tot ik drop; we zijn tenslotte op vakantie en in tegenstelling tot vorig jaar kan ik nu winkelen wat ik wil. Ik had maar 11,1 kilo in mijn tas op de heenreis, dus er kan nog genoeg bij :) We lunchen bij een Japans Teppanyaki restaurant in een winkelcentrum (airco!) en winkelen nog wat verder. Eenmaal terug in het hotel kleden we ons om en lopen we naar een klein hotelletje om de hoek. Hier duiken we ff in het zwembad om af te koelen; lekker hoor.

Morgen wordt een speciale dag; we gaan op stap met Cees en Wil van Stichting Gotong Royong. Morgenmiddag wordt onze MCK aan het dorp overhandigd…een spannend vooruitzicht!

  • 08 Juni 2012 - 10:57

    Mineke:

    Wauw, wat hebben jullie alweer veel gedaan en gereisd en beleefd! Veel plezier deze week!

  • 08 Juni 2012 - 15:31

    Thaise:

    Hahhahaa, de voordring-aziaat, gelukkig hebben ze het nog niet afgeleerd, je reis zonder zou toch niet hetzelfde zijn...

    Veel plezier verder!!

  • 08 Juni 2012 - 17:25

    Wen:

    Hihi...lollig weer hoor die voordringers:-) Gelukkig zijn jullie het nog niet verleerd:-)

    Die trein ziet er best comfortabel uit moet ik zeggen! Maareh, ik duik weer even op de bank voor een half uurtje tv om vervolgens maar eens wat slaap in te halen (als de kinders het er tenminste mee eens zijn vannacht;-))

    Geniet er nog van!
    Liefs voor jullie allemaal

    Ps Ferdi...weet niet zeker of ik het al geschreven had, maar wat zit je haar enorm leuk!! :-)

  • 08 Juni 2012 - 19:05

    Bas&Jo:

    Hey guys, heerlijk verhaaltje. Jullie zijn weer helemaal in je element zo te horen :-) Ga lekker door!!

    xxxJ,B,E

  • 09 Juni 2012 - 12:46

    Mineke:

    Ben nog even naar de foto's wezen kijken, die waren gisteren nog niet allemaal geupload... Leuk hoor! :-)

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Indonesië, Yogyakarta

Edwin en Lisette

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 1765
Totaal aantal bezoekers 314693

Voorgaande reizen:

23 Augustus 2010 - 28 Augustus 2011

Wereldreis!

Landen bezocht: